Column (Wim van Egdom): Zorghelden
Met de zorg heb ik niks. Professioneel, bedoel ik dan. Ik werk er niet en heb ook geen kennissen die er werken. Toch had ik deze column misschien beter kunnen beginnen met de zin: „Met de zorg heb ik álles.” Want ondanks dat ik er geen professionele banden mee heb, ligt de zorg me na aan het hart. Toegegeven: dat is niet altijd zo geweest. Als je weinig bij artsen of in zorginstellingen komt, is het hele zorgapparaat vooral iets voor een ander.
Corona veranderde dat. Voor iedereen trouwens. Ineens werd er over zorgmedewerkers gesproken als helden. Mensen voor wie geklapt werd. Ik vond dat toen eigenlijk wat gênant. Zo van: we hebben de zorg straks misschien nodig en als we maar heel opgetogen doen over jullie werk, dan zullen jullie ons vast wel goed verzorgen.
Daarmee doe ik absoluut niet iedereen recht. Er waren ook toen nogal wat mensen die familieleden, vrienden of bekenden in het ziekenhuis hadden of hadden gehad met een besmetting met Covid-19. En het is nogal wat als je een geliefde of bekende los moet laten en, menselijkerwijs, over moet geven in de handen van het zorgpersoneel. Dat geldt overigens niet alleen voor de coronazorg, maar voor álle zorg.
Toen ik een poosje geleden bij een bekende, die trouwens geen corona heeft, in het ziekenhuis op bezoek was, hoorde ik twee verpleegkundigen praten over hun vermoeidheid. Het was een klaagzang. Dat ze geen vrije dagen meer op konden nemen, extra uren moesten draaien en vooral dat ze uitgeput waren. En dat het thuisfront er ook helemaal klaar mee was. Ze waren emotioneel en gebruikten woorden die niet gezegd hadden mogen worden.
Toen ik hun kant op keek, schrokken ze zichtbaar. Angstig keken ze me aan. Bang dat ik op hoge toon een leidinggevende zou sommeren hier iets aan te doen. Het gesprek werd snel afgebroken en ze liepen me schichtig voorbij. Ik kon de angst bijna ruiken. Glimlachend heb ik ze sterkte gewenst. „Dank u wel, meneer”, klonk het opgelucht. „En als u koffie wilt…”.
Toen moesten we alle drie lachen.
Zorgmedewerkers zijn na dit afgeluisterde gesprekje voor mij nog steeds helden. Maar het blijven gelukkig ook gewoon mensen.