Invoering Omgevingswet opnieuw uitgesteld
De invoering van de Omgevingswet loopt opnieuw vertraging op. Het ministerie van Binnenlandse Zaken hoopt de wet, die allerlei wetten en regels op het gebied van ruimtelijke ordening en leefomgeving moet bundelen en vereenvoudigen, op 1 juli 2022 te laten ingaan.
De wet had enkele jaren geleden al moeten ingaan, maar de invoering werd al diverse keren uitgesteld. Demissionair minister Kajsa Ollongren schrijft aan de Tweede Kamer dat er onder andere meer tijd nodig is om de ICT-systemen „opgeleverd, ingeregeld en stabiel werkend te krijgen”. Uiterlijk 1 oktober van dit jaar moeten de „minimale” functies van het systeem draaien, zodat burgers en bedrijven genoeg tijd hebben om ermee te oefenen.
Ook is nog niet iedereen die onder de nieuwe wet komt te vallen al even ver met de voorbereidingen. Er is ook gekeken naar 1 januari en 1 april 2022 als ingangsdatum, maar die datums komen allebei nog te vroeg, aldus de minister.
Het uitstel zal ook financiële gevolgen hebben, zowel voor het ministerie als provincies, gemeenten en andere betrokkenen. Bestaande systemen moeten langer draaiende worden gehouden en doordat er meer tijd nodig is gaat de implementatie meer geld kosten. Om hoeveel extra geld het gaat „wordt nu in kaart gebracht”, aldus Ollongren.
Adviesbureau KPMG schatte eerder dit jaar dat de invoering van de Omgevingswet de verschillende overheden 1,3 miljard euro tot 1,9 miljard euro gaat kosten, uitgesmeerd over 2016 tot 2029. De meeste kosten komen voor rekening van gemeenten. Ongeveer driekwart van dat geld is al in de afgelopen vijf jaar uitgegeven.