Indiase coronavariant nu acht keer in Nederland aangetroffen
De Indiase variant van het coronavirus is tot dusver acht keer in Nederland aangetroffen, meldt het RIVM. Bij de laatste melding van het instituut was dat nog vier keer. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) beschouwt deze gemuteerde virusversie sinds deze week als „zorgwekkend”. Hoewel nog nader onderzoek nodig is, wijzen voorlopige studies op een hogere besmettelijkheid, zo meldde de organisatie maandag.
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu onderzoekt wekelijks genetisch materiaal van ongeveer 1500 willekeurige monsters van het virus, die worden aangeleverd door laboratoria uit heel Nederland. De laatste resultaten die het instituut woensdag naar buiten bracht, komen uit de week die eindigde op 2 mei en zijn nog niet compleet. Tot nog toe zijn ruim 600 uitkomsten verwerkt.
Varianten krijgen het predicaat „zorgwekkend” wanneer ze besmettelijker zijn, mensen zieker maken of aan immuniteit kunnen ontsnappen. De Indiase variant heeft de naam B.1.617 gekregen en kent drie subvarianten. Volgens het RIVM is er nog veel onduidelijkheid over. „Dat het virus in India zo snel om zich heen grijpt, kan betekenen dat het besmettelijker is. Maar het kan ook aan de omstandigheden in India liggen”, aldus het instituut.
Wetenschappelijk tijdschrift Nature schreef vorige week dat er wel „toenemend bewijs” is dat erop duidt dat de Indiase variant besmettelijker is. Mogelijk is deze variant ook iets beter in het ontwijken van immuniteit die mensen bezitten na vaccinatie of een doorgemaakte infectie. Dierproeven duiden er ook nog op dat de Indiase variant zieker maakt dan andere verschijningsvormen, schreef Nature.
In het Verenigd Koninkrijk, waar de besmettingscijfers als geheel hard zijn afgenomen dankzij massale vaccinaties, is de Indiase variant intussen bezig aan een opmars. Sommige deskundigen hebben er al gewaarschuwd dat het zelfs snel de dominante variant zou kunnen worden. De Indiase variant is er nu al vaker aangetroffen dan in India zelf, blijkt uit meldingen bij de internationale database GISAID. Daar moet wel bij worden bedacht dat de Britten wereldwijd koploper zijn in het bepalen van virusvarianten. Ze voerden tijdens de coronapandemie al bijna een half miljoen van dit soort genetische analyses uit.
In totaal zijn in Nederland tot nog toe 20.175 monsters geanalyseerd. Het overgrote deel bevatte de Britse variant. De andere varianten die als zorgwekkend gelden zijn de Braziliaanse variant P1, die tot nu toe 169 keer is vastgesteld, en de Zuid-Afrikaanse variant, die 394 keer is ontdekt.