„Gefeliciteerd RD, blijf verbinden”
Van Biblebelt tot Binnenhof, van Grou tot Goes – RD-lezers zijn overal. Hoe ervaren vertegenwoordigers van kerk, politiek en maatschappij dit „gedegen dagblad” en hoe zien zij zijn toekomst?
Overgeslagen vonk
„Natuurlijk lees ik dagelijks het Reformatorisch Dagblad, maar de betrekkingen zijn intensiever geworden sinds tien jaar geleden hoofdredacteur Wim Kranendonk bij mij aan tafel zat. De week daarvoor hadden we elkaar voor het eerst ontmoet tijdens een bijeenkomst met leidinggevenden uit reformatorische kerken, scholen en jongerenorganisaties. Ik mocht daar spreken over wat jongeren bezighoudt, maar ook over waar zij naar hunkeren. De vonk sloeg over en Kranendonk nodigde mij uit om het op te schrijven, om zo de hunkerende generatie onder de aandacht te brengen. Daar is vervolgens heel veel moois uit voortgekomen en zeker een gezamenlijk gedragen missie voor jonge mensen!
Gedegenheid
„Allereerst wil ik het RD van harte feliciteren met dit jubileum. Het kenmerkende van het RD zou ik typeren met ”integriteit en gedegenheid”. Wars van sensatie, vanuit een duidelijke signatuur, zoekt de krant naar betrouwbare verslaggeving. De journalisten zijn altijd goed ingevoerd in de onderwerpen op de agenda van de synode. Via een liveblog nemen ze de lezers mee. Een mooie herinnering vormt het interview met mij toen ik predikant in Gouda was. Het ging over de invulling van de kerstnachtdienst en het bereiken van mensen die minder vertrouwd zijn met het christelijk geloof. Ik heb daar veel mooie reacties op gekregen – en dat was zeker een verdienste van de journalist! De toekomst van het RD ligt volgens mij in het vasthouden aan de signatuur en tegelijk in vernieuwen, waar mogelijk en passend. Ik hoop dat de krant in het veranderende medialandschap nog heel lang zijn plaats mag innemen!”
Krant per post
„Alweer 50 jaar RD. Al ben ik net een paar jaar ouder dan de krant, ik kan me de tijd niet heugen dat er geen RD was. Alleen in de jeugdjaren, toen we in Tiel woonden, moesten we geduld hebben tot de krant de volgende dag met de post kwam. Dat vond ik maar niets. Het voordeel is wel weer dat je het levenslang extra waardeert dat er elke dag een verse krant op de mat ploft.
Tijden veranderen. Maar de krant ben ik blijven lezen. Politiek nieuws, kerkelijk nieuws, persoonlijke interviews. Daar kijk ik toch altijd wel het eerste naar. Boekrecensies, opinieartikelen. En natuurlijk het hoofdredactioneel commentaar. Ja, wat eigenlijk niet?
Vaak lees ik de krant nu digitaal, ’s middags vanuit de Kamerbankjes. Tussen de bedrijven door.
Het RD heeft zich ontwikkeld tot een mediabedrijf dat meer doet dan alleen een papieren krant vullen. In campagnetijd komt er tegenwoordig ook een video-interviewer langs. Zo beweegt de krant mee met de tijd.
Het RD bedient zich van meer kanalen dan vroeger, maar de lezer ook. Twintig jaar geleden had ik op een SGP-avondje wel wat uit te leggen als er over onze debatbijdrage niets in de krant had gestaan. Dan hadden we ons punt kennelijk niet goed gemaakt…
Eerlijk gezegd vind ik het wel fijn dat lezers nu zelf debatten rechtstreeks online kunnen volgen. Tegelijk is de politieke duiding van de krant een mooie aanvulling op wat je dan niet ziet en hoort. Duiding, verdieping, toetsing – dat is de nuttige taak die het RD na vijftig jaar meer dan ooit vervult. Orde brengen in de chaos van informatie en meningen waarmee we dagelijks worden overspoeld.
Toen ik nog maar een paar jaar in de Kamer zat, schreef fractievoorzitter Van der Vlies als een van de mannen van het eerste uur een bijdrage in de bundel ”Volgen of voorgaan”, ter gelegenheid van het afscheid van C. S. L. Janse als RD-hoofdredacteur. ”Wat wil het RD?” luidde de titel van zijn verhaal. Hij eindigde met de vurige wens en bede dat het Woord van God heerschappij houdt en voert in de kolommen van de krant. Die wens en bede val ik van harte bij. Tijden veranderen, maar laat die koers vooral dezelfde blijven.”
Niet polderen
Spreekbuis voor de gereformeerde gezindte is het RD beslist geweest, meningsvormend op basis van Bijbel en belijdenis. De voortgaande professionalisering van de krant én de doorgaande ontkerkelijking maakten dat zijn tegendraadse stem door politiek en samenleving opgemerkt wordt. Ik heb respect voor de gegroeide journalistieke confrontatie met de visie van niet-christenen. Voor zijn integere verslaggeving scoort de krant in de Protestantse Kerk al jaren goed.
Heb ik dan niets te wensen? Ja, de redactie mag onafhankelijker van kerkelijke achterbannen worden (ook van die waartoe ik behoor), moet niet willen polderen tussen verschillende kerken, maar vanuit verworteling in Bijbel en belijdenis in wijsheid diep en breed willen zijn.
Van nieuwskrant naar opinieblad
„Het RD probeert richting te geven in allerlei zaken in de maatschappij waarbij het de Bijbel en daarop gebaseerde ethiek als richtsnoer wil nemen. Tegelijkertijd heeft de krant te maken met een diverse en brede achterban, waar ook stevige karakters deel van uitmaken. Het lijkt mij, zeker waar het gaat om kerkelijke zaken, niet gemakkelijk om daarmee om te gaan. Ik zie een verschuiving van nieuwskrant naar opinieblad. De sterke kant van de krant is nu dat men ondersteuning probeert te geven in actuele zaken, zoals inenting, en op evenwichtige wijze omgaat met verschillende meningen binnen de gereformeerde gezindte. Daarin zal het RD zich in positieve zin blijven onderscheiden van andere kranten.”
Eerste werkgever
„Lijn 24 naar Drachten, lijn 51 naar Dokkum en lijn 62 naar Kollum. Ik zie de gele bussen nog bij station Leeuwarden staan. In elk van die bussen legde ik een bundel RD’s voor lezers in die Friese plaatsen. Daarna fietsten mijn broers of ik door weer en wind om de paar RD-abonnees in Leeuwarden een krant te bezorgen. Als laatste ons eigen gezin.
Met het bezorgen van het RD was ik een schakeltje in een bijzondere keten: journalisten tikten stukken, de eindredacteur voegde ze samen, vanuit de drukkerij werden de kranten met de trein over het land verspreid en in Leeuwarden lieten mijn broers en ik ze overstappen van trein naar bus. En al fietsend bezorgden we de krant bij de zestien à zeventien abonnees in Leeuwarden.
Zo herinner ik me het RD als mijn eerste werkgever. Als de eerste krant die ik las en die mijn belangstelling voor politiek aanwakkerde. En als de krant waarin ik voor het eerst als jonge student een opiniestuk gepubliceerd kreeg.
Het RD bleef ik altijd lezen en waarderen vanwege de eigenzinnige positie in de Nederlandse media. Als politicus volgt de krant mij en mijn partij als een kritische vriend. De eerste sympathie ligt ontegenzeggelijk vaker bij een zekere andere christelijke partij en de krant doet ook geen enorme moeite om dat te verhullen. Maar vaak genoeg ervaren we verbondenheid. Daar ben ik dankbaar voor.
Door die lange fietstochten in Leeuwarden langs abonnees daar realiseerde ik me ook des te sterker dat we als christenen een minderheid zijn in dit land. En dat we elkaar nodig hebben. We zijn geroepen tot een christelijke eenheid in Christus. Dan vallen veel verschillen weg.
Dat leerden die jaren als krantenbezorger mij en dat is wat ik de krant nu toewens: blijvend oog voor de christelijke –of zo u wilt: katholieke– breedte van de kerk in Nederland. In een tijd dat christenen steeds meer een minderheid zijn, hebben we iedere dag de roeping om als christenen samen waardige getuigen van Christus te zijn. Mijn hoop is dat het RD die rol mag blijven vervullen. Verbindend over kerkmuren heen en bovenal verenigd in Hem!
Doorkijk
„Het RD is er gekomen vanuit geestelijke nood. Berichtgevingen over „bevindelijk gereformeerden” waren nogal eens onheus en niet erg waarheidsgetrouw. Er ontstond behoefte aan een krant die de waarden en normen van Gods Woord zou eerbiedigen en hanteren. Een belangrijke en tegelijk ingewikkelde opdracht. De krant heeft de functie doorkijk te geven. Van de buitenwereld naar de gezindte en omgekeerd. En ook bínnen de gezindte. En dat bij een hoge standaard. Met dankbaarheid ontvangen we dagelijks ons RD. Voor het toekomende van harte de wijsheid en zegen des Heeren toegewenst.”
Trouwe volger
ds. J. G. Schenau (CGK)In het algemeen draagt een publieke reactie van het christelijke gereformeerde synodebestuur zelden bij aan een verhoging van feestvreugde. In dit geval mag dat wel de verwachting zijn. Want hoewel de verscheidenheid die ons als kerken kenmerkt zich ook in de keus voor een krant manifesteert, zal een felicitatie bij vijftig jaar RD ongetwijfeld kerkbrede instemming hebben. Ik meen te mogen zeggen dat van de Nederlandse dagbladen het RD onze kerken het meest trouw volgt. Journalistiek op niveau, loyaal-kritisch, hoopvol. We wensen redactie en medewerkers toe veel goeds, ook vanuit de CGK, te kunnen berichten.
Eerbiedig schrijven
„We zien aan het wereldnieuws hoe ernstvol de tijden zijn geworden. De afval van het richtsnoer van Gods Woord is buitengewoon groot. Wie zou niet wenen? Wenselijk is dat hieraan aandacht wordt besteed in het licht van Gods Woord. We zijn afgeweken van de Reformatie en haar godsvrucht. Een remonstrantse lijn, gewoon voor het grootste deel van godsdienstig Nederland, zien we terug in de krant. Graag zien we dat het RD Bijbels en eerbiedig schrijft over Gods Woord, geloof en bekering. Onze jongeren mogen niet wennen aan oppervlakkig taalgebruik hierover. Het kerknieuws en de opgave van doordeweekse kerkdiensten waarderen we.”
Professioneel en kritisch
„Op 27 april 1971 bracht het RD voor het eerst koninklijk nieuws: ”Koninginnedag geen défilé bij Soestdijk”. Dit artikel vormde het begin van berichtgeving over Koninklijk Huis en monarchie als vaste waarde in het RD. Vanaf dat moment is het RD vertegenwoordigd in de persgroep die de Leden van het Koninklijk Huis op de voet volgt bij hun bezoeken in binnen- en buitenland. Gedegen en met oprechte aandacht wordt verslag gedaan in woord en beeld. Er is veel ruimte voor achtergrond en historie, maar af en toe ook voor luchtigheid: ”Beatrix bedankt RD-lezers op 1 april”, schrijft de krant op 29 maart 2014. De Rijksvoorlichtingsdienst zou vijftig lezers voor een ontmoeting met de oud-vorstin selecteren. Er volgen ruim 200 aanmeldingen, maar het blijkt een 1 aprilgrap van de krant! Als Rijksvoorlichtingsdienst ervaren we het contact als prettig, professioneel, maar ook kritisch, zoals het hoort in de relatie voorlichter-journalist. Zo verzuchtte een RD-verslaggever op 8 september 1995 in zijn reisverslag over Indonesië, waar hij met de nodige hobbels het staatsbezoek van Koningin Beatrix had gevolgd: „Enfin, dankzij of ondanks de RVD, dat laten we nu in het midden, is de reis toch redelijk verlopen…” De reis van het RD is nu vijftig jaar gaande en we feliciteren de redactie dan ook van harte met dit jubileum en wensen de RD-lezers nog evenzovele jaren van leesplezier en nauwgezette berichtgeving over het Koninklijk Huis.”
Drs. E.M.C. van Gemert, Hoofd Communicatie Koninklijk Huis
Natuurpagina
Allereerst van harte gefeliciteerd met het 50-jarig bestaan van het Reformatorisch Dagblad. Mijn eerste kennismaking met het RD was door wijlen mijn vader. Hij is onder meer 36 jaar raadslid in Barneveld geweest en nam altijd rond de gemeenteraadsverkiezingen een abonnement. Van hem leerde ik ook de verzuchting dat het rond verkiezingen in die krant wel heel veel over de SGP gaat. Wat dat betreft is het RD consequent.
Het reformatorische gedachtegoed is mij verder bijgebracht tijdens mijn middelbareschooltijd op het Saldenus College (tegenwoordig Hoornbeeck College) in Amersfoort. Op enig moment hebben mijn schoonouders een abonnement genomen en zijn we als gezin mee gaan lezen. Doordeweeks lees ik het zelf via de app en in het weekend de papieren versie.
In de krant lees ik de artikelen over kerk en godsdienst uitgebreider dan het politieke nieuws. Maar ook de Forumpagina’s kunnen meer dan gemiddeld op mijn belangstelling rekenen. De natuurpagina leest soms als een weergave van het gedachtegoed van een GroenLinkser. Mooi vind ik dat er in het Punt- uitgedeelte ook ruimte gegeven wordt aan CDJA’ers.
Als Kamerlid wordt ons het nieuws via allerlei digitale knipselkranten, over de dag heen verspreid, aangeboden. Voor mij kenmerkt het RD zich door zijn toonaangevende functie als het gaat om nieuws- en informatievoorziening binnen de gereformeerde gezindte. In onze samenleving zijn we als christenen een minderheid geworden; christelijke waarden en normen vervagen en worden door velen niet meer onderkend. Maar dat betekent niet dat we moeten somberen, alsof vroeger alles beter was. Als we alleen op negatieve dingen blijven wijzen, doen we de Heere tekort. Zijn Woord is nog steeds krachtig en ook als gereformeerde gezindte moeten we ons daarop richten.
Het is een teken van hoop dat er ook veel jongeren zijn die met grote verwachting uitzien naar de wederkomst van Christus. Tot die tijd voorzie ik een belangrijke taak voor het RD en allen die daarbij betrokken zijn, om ons van nieuws te blijven voorzien.”
Ontberen doet waarderen
Moge het ons tot verwondering zijn dat na vijftig jaar ons reformatorische volksdeel dag aan dag een ‘eigen’ dagblad mag ontvangen. Het is ons tot hiertoe geschonken dat we onze eigen identiteit met elkaar mogen delen. Nergens ter wereld vindt men een krant zonder sportreportages en amusement dan in Nederland.
Ontberen doet bijzonder waarderen. Dat hebben we sterk ervaren toen we zeventien jaar in het buitenland woonden. Wat een verademing om nu weer dagelijks ons RD te mogen ontvangen. Anderzijds zijn we met zorg vervuld of we ook in de nabije toekomst onze reformatorische nieuwsbron mogen behouden. De Heere geve ons samen het smeekgebed: „O Heere behoud; die Koning verhore ons ten dage van ons roepen.”
Oproep om te geven
In 1976 speelde het RD een belangrijke rol in het werk van Woord en Daad. De krant berichtte over een grote aardbeving in Guatemala en sloot het artikel af met een oproep om aan de getroffenen te geven via Woord en Daad. Voor de startende stichting betekende dit een grote groei aan inkomsten. In de jaren daarna hadden RD en Woord en Daad hun eigen belangrijke plaats, ook in de communicatie met hun achterban. Onafhankelijk van elkaar, scherp, opiniërend en waar het kon coöperatief. Graag zetten we deze weg voort en wensen we jullie Gods zegen voor de toekomst.