Regering Israël van plan misdaad Arabische sector te bestrijden
Het is gevaarlijk in de Arabische steden in Israël. Misdaadfamilies terroriseren er bewoners. Er wordt geschoten en gemoord. Het kabinet besloot deze week tot een voortvarend plan van aanpak.
Het 37 miljoen euro kostende plan voorziet in de bouw of uitbreiding van vijf politiebureaus, twee brandweerkazernes en wijkcentra voor de Arabische gemeenschappen. Ook moet er een speciale politie-eenheid worden opgericht, die zich specialiseert in de bestrijding van misdaad in de Arabische sector.
Verder gaan het ministerie voor Openbare Veiligheid en de Israëlische politie campagnes houden om illegale wapens te verzamelen of in beslag te nemen. Een uitgebreid voorlichtingsprogramma moet ook helpen het geweld te beteugelen. Een speciaal team dient plannen te maken om huiselijk geweld in te dammen.
Het plan werd opgesteld door de waarnemend directeur-generaal van het kantoor van premier Benjamin Netanyahu, Tzachi Braverman, op verzoek van vertegenwoordigers van de Arabische sector.
De Arabieren in Israël, ook wel Palestijnse burgers van Israël genoemd, vormen een vijfde deel van de bevolking. Het plan lijkt een goed plan. Het is opvallend dat het kabinet dit enkele weken voor de verkiezingen op 23 maart goedkeurt. Het is te hopen dat dit niet enkel vanwege de verkiezingen is, maar dat de volgende regering het plan ook echt uitvoert. Want het is dringend nodig dat er iets wordt gedaan.
Dr. Thabet Abu Rass, mededirecteur van de ”Abraham Initiatieven”, een organisatie de streeft naar gelijkwaardig burgerschap voor Israëls Joden en Arabieren, zegt dat vorig jaar 96 Israëlische Arabieren zijn vermoord. Een op de vier families bezit een vuurwapen. Sommigen durven de straat niet meer op.
Misdaadfamilies zijn verantwoordelijk voor het geweld. Veel Arabieren richten zich tot deze families omdat zij de grijze markt in handen hebben, waar mensen geld kunnen lenen. In de Arabische steden bestaat namelijk een schrijnend tekort aan banken. „Veel moorden gaan over geld, over rekeningen en over ruzies om landbezit”, zegt Abu Rass. „Veel zou al helpen als de regering moet helpen bij de vestiging van banken.”
De staat kan ook helpen bij de armoedebestrijding en de huisvesting. Essentieel is onderwijs en voorlichting om geweld te voorkomen. Meer dan de helft van de Arabieren in Israël is onder de 25. Het is belangrijk dat zij werk vinden.
De politie is volgens Abu Rass zowel te nadrukkelijk als te weinig aanwezig. De politie gebruikt volgens hem soms te veel machtsvertoon als het bijvoorbeeld gaat om afbraak van illegaal gebouwde huizen. „De politie behandelt de Arabieren soms als vijanden. Maar voor wetshandhaving is ze weer te weinig aanwezig. De meeste moordzaken staan nog open.”
De Arabische gemeenschap kan zelf ook iets doen. Dat is comités oprichten die interne vrede stichten.
Abu Rass geeft toe dat de burgers soms weten wie de daders zijn, maar dat ze dit niet met de politie durven te delen. De grote meerderheid van de Israëlische Arabieren –83 procent– heeft volgens hem geen vertrouwen in de agenten. „Wie gaat deze mensen beschermen? Ze kunnen niets tegen de misdaadfamilies doen. Maar de politie heeft nog zo veel andere middelen, instrumenten en technieken om daders op te sporen.”