Meer veehouderijen op slot in dioxineaffaire
Minister Veerman van Landbouw heeft donderdag nog eens 49 boerderijen uit voorzorg voorlopig gesloten. De dieren van deze veehouderijen hebben voer gegeten dat vervuild is met de kankerverwekkende stof dioxine. Veerman sluit niet uit dat nog meer bedrijven op slot moeten.
De teller van het aantal geblokkeerde boerderijen staat nu op 162. Woensdag meldde het ministerie nog „circa 140" boerderijen tijdelijk dicht te hebben gedaan. Door dubbeltellingen bleken dat er echter 113 te zijn. De laatste bedrijven zijn aan het licht gekomen door een tussenhandelaar die het veevoer met besmette aardappelschillen van fritesfabrikant McCain verkocht.
In een brief aan de Tweede Kamer schrijft Veerman dat in aardappelproducten voor consumenten een „lichte verhoging" van het dioxinegehalte is gevonden. Dit in tegenstelling tot eerdere berichten van de Voedsel– en Waren Autoriteit (VWA) en de fabrikant. Omdat het om een heel kleine verhoging gaat, kunnen de frites volgens de minister veilig gegeten worden.
Het veevoer met de kankerverwekkende stof werd vorige week ontdekt door de VWA na de vondst van dioxine in melk van een bedrijf bij Lelystad. Na onderzoek bleken aardappelschillen van McCain de oorzaak. De bron van de dioxine is Duitse mergelklei, waarmee de fritesmaker de aardappelen sorteert.
De VWA onderzoekt nu ook andere aardappelverwerkende en –sorteerbedrijven die de giftige mergelklei hebben gebruikt. Volgens de Vereniging voor de Aardappelverwerkende Industrie (VAVI) sorteert een beperkt deel van de aangesloten bedrijven met de klei. Uit voorzorg wordt de klei voorlopig niet gebruikt.
De minister wil in de eerste plaats het dioxinespoor blootleggen. Pas daarna beraadt hij zich op wat met besmette dieren en producten moet gebeuren. Een compleet beeld van de dioxineverspreiding heeft Veerman nog niet. Hij sluit daarom meer blokkades van boerderijen niet uit.
De tijdelijke sluitingen moeten voorkomen dat vlees en andere producten met een te hoge concentratie dioxine in de winkels terechtkomen. Geblokkeerde bedrijven mogen hun dieren niet naar de slachterij of een andere veehouder brengen. Het risico bestaat namelijk dat de kankerverwekkende stof zich in het vet van de runderen, varkens, schapen en geiten ophoopt. De volksgezondheid is ook wat betreft het vlees niet in het geding.
Landbouworganisatie LTO Nederland is woest en vindt dat de geblokkeerde boerenbedrijven eventuele schade moeten verhalen op leveranciers en producenten van het giftige veevoer. De getroffen boeren kunnen in dit geval geen beroep doen op een soort schadefonds. „Het is de zoveelste keer dat de ellende van fout veevoer op het bord van het boerenbedrijf terechtkomt", aldus voorzitter Schenk van de vakgroep rundveehouderij.
McCain onderzoekt waar de aansprakelijkheid ligt. Volgens tussenhandelaar Rodenburg uit Oosterhout, die als enige de schillen van McCain ophaalt en verkoopt aan de veehouders, moet de aansprakelijkheid liggen bij de bron van de dioxine. Eerder meldde de VWA dat de giftige mergelklei afkomstig is van een Duitse producent. De Duitse autoriteiten hebben inmiddels een onderzoek ingesteld bij WBB Fuchs in Ransbach–Baumbach, dat de klei zou hebben geleverd.
Het Landbouw–Economisch Instituut (LEI) schat dat de schade voor boeren beperkt zal blijven. Het verwacht dat de afsluiting van de veehouderijen slechts kort zal duren en dat de dieren daarna alsnog kunnen worden afgezet. Wel vreest het LEI reputatieschade door de affaire.
Een deel van het besmette veevoer is in België en Duitsland terechtgekomen. De Belgische autoriteiten hebben inmiddels ook uit voorzorg acht boerderijen gesloten. In Noordrijnland–Westfalen zitten drie bedrijven op slot omdat de dieren gevoederd zijn met het Nederlandse veevoer.