Importeurs krijtjes en klei gaan testen op asbest
De meeste bedrijven die kinderkrijtjes en -klei importeren en aan Nederlandse speelgoedwinkels verkopen, gaan die producten voortaan testen op asbest. Ze doen dat nadat ze er door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) op waren gewezen dat de aanwezigheid van asbest in dit soort producten niet altijd valt uit te sluiten. De kankerverwekkende stof komt in de natuur vaak voor naast talk, de onschuldige grondstof voor krijtjes en klei.
In andere landen is in het verleden weleens aan het licht gekomen dat krijtjes en klei voor kinderen asbest bevatten. De ILT heeft zelf onderzoek gedaan naar de situatie in Nederland en geen asbest aangetroffen. In totaal liet de inspectie bijna honderd monsters onderzoeken uit risicolanden, zoals China en Indonesië. Volgens de ILT is dat een representatieve steekproef.
Verder sprak de ILT met twintig grote importeurs en distributeurs. „Niet alle bezochte bedrijven waren zich er van bewust dat er asbest in hun producten kan zitten”, aldus de inspectie. De meeste bedrijven besloten toen ze dat hoorden maatregelen te nemen. Voordat ze een grote partij importeren, laten ze voortaan proefzendingen testen op asbest.
De ILT is blij met het resultaat. „Zelf testen is belangrijk, onder meer vanwege verschillen in wetgeving tussen landen.” Zo noemt China producten die tot 15 procent uit asbest bestaan ‘asbestsvrij’. In de EU betekent asbestvrij dat er ook echt helemaal geen asbest inzit. De ILT zegt „de vinger aan de pols” te houden en in de toekomst meer inspecties uit te voeren.