Pleidooi voor de ziel in de geestelijke zorg
Zingeving is belangrijk in het leven van de mens, maar kan de waarde van de ziel niet vervangen. „De geestelijke verzorging moet weer zielzorg worden.”
Dat stelt prof. dr. Kees de Groot, die vrijdag het ambt aanvaardde van bijzonder hoogleraar ”Levensbeschouwing en geestelijke volksgezondheid met bijzondere aandacht voor de maatschappelijk aspecten.” Prof. De Groot (1966) is socioloog en theoloog en sinds 2002 verbonden aan de Tilburg School of Catholic Theology. In 2019 werd hij aan deze instelling benoemd tot bijzonder hoogleraar vanwege het Kenniscentrum voor levensbeschouwing en geestelijke volksgezondheid (KSGV).
Medicalisering
Prof. De Groot stelt dat de geestelijke verzorging oorspronkelijk voortgekomen is uit het pastoraat van de kerk, maar steeds meer losgezongen is van religie en levensbeschouwing. Zij komt in dienst te staan van „positieve gezondheid.” Prof. De Groot: „In dit opgerekte begrip van gezondheid gaat het niet om de afwezigheid van ziekte, maar om de bevordering van de eigen kracht van mensen en de eigen regie over het leven. Hiermee is ook sprake van een medicalisering van de geestelijke zorg.”
Het veel gehanteerde schema dat de wetenschap de religie heeft verdreven, is echter zelden correct, stelt hij. „Ook wanneer het gaat om hulp bij geestelijke nood is het niet zo dat de psycholoog de priester heeft afgelost. Het is nog maar de vraag of mensen helemaal los staan van geloof en levensbeschouwing al zijn ze niet meer kerkelijk betrokken. Wel tekent zich een patroon af waarin regulering van de zielzorg door de staat leidt tot een versmalling van het perspectief. Opvallend is dat de zogenoemde biechtspiegels in het verleden nu veranderd zijn in het bestrijden van psychiatrische stoornissen.”
Prof. De Groot onderzocht hoe in de jaren vijftig de kerken zelf centra opzetten voor mensen met levensvragen en daarvoor subsidie zochten. Vervolgens werden deze centra één van de bouwstenen voor de huidige GGZ. Intussen was het karakter van de zorg wel veranderd van levensbeschouwelijk georiënteerde zorg naar psychologische hulpverlening.
Een dergelijk proces lijkt zich nu af te spelen in de geestelijke verzorging, aldus de Tilburgse hoogleraar. Begonnen als pastoraat voor zieken en ouderen ontwikkelde zich dit tot gesubsidieerde zorg bij zingevingsproblemen. Sinds kort kan deze ook aan huis geleverd worden door zzp’ers, verbonden aan Centra voor Levensvragen. Prof. De Groot: „Dat is uniek in Nederland, maar ook wel begrijpelijk als mensen steeds langer thuis wonen en daar ook recht hebben op geestelijke zorg.”
Allergie
In vergelijking met veel andere samenlevingen is de omgang met geestelijke nood in Nederland op betrekkelijk grote afstand van de „geleefde religie en levensbeschouwing” komen te staan. „De GGZ, nota bene in de jaren zestig voor een belangrijk deel voortgekomen uit pastorale initiatieven, leunt op een medisch model”, aldus prof. De Groot. „En ook de geestelijke zorg komt in het teken te staan van de verbetering van het individuele functioneren. Dat heeft een versmalling van het godsdienstige perspectief teweeggebracht.”
Prof. De Groot merkt een bepaalde allergie bij de overheid voor geloof en levensbeschouwing. „Zij beschouwt die als een aantasting van de neutraliteit, maar neutrale geestelijke verzorging bestaat natuurlijk niet.”
Waarom is de ziel zo belangrijk?
„Omdat zij iets wezenlijks van de mens weergeeft, het eigene van zijn persoonlijkheid. Opmerkelijk is dat het begrip ziel in de populaire cultuur zich wel in een opmerkelijke belangstelling verheugt, maar in beleidsdocumenten van ministeries en zorginstellingen ontbreekt. De ziel is iets mysterieus en onbenoembaars, een typisch ervaringswoord, in onderscheid met zingeving, die veel meer een functionele term is.”
Is de ziel niet bij uitstek het orgaan voor het religieuze, voor God?
„Zo ver wil ik als godsdienstsocioloog niet gaan. Maar bedenk wel: in de muziekwereld is de ziel van een viool de binnenkant van de klankkast. De ziel geeft weerklank aan wat van buitenaf is aangeraakt. Ik voel veel voor wat de dominicaanse mysticus Meister Eckhart over de ziel zegt als de aanvaarding dat ”het” ons overkomt. Uiteindelijk gaat het om de ontvankelijkheid voor het leven zelf. Dat overkomt ons, en is zeker niet vooral het resultaat van onze eigen inspanningen. We zijn niet alleen zingevers, maar ook zinvinders en soms staan we met lege handen.”