Trekpaard duurzame aanvulling op tractor en maaimachine
Het trekpaard verliest terrein. Ten onrechte, vindt Ron Le Poole, die van het werk met deze dieren zijn tweede carrière heeft gemaakt. „Het trekpaard is een duurzame aanvulling op de tractor. Het is sterk, werkt graag, kan vrijwel overal bij en vernielt de bodem niet.”
Trekpaard Ivor weet wat hem te doen staat. Lichtjes hangt hij in het tuig om te voelen hoe zwaar de boomstammetjes zijn die hij moet verslepen. De achterbenen zetten zich schrap en de ketting die om de twee stammetjes heen geslagen is, spant zich. Zodra de zaak in beweging komt, schakelt Ivor een tandje terug. In alle rust sleept de twaalf jaar oude ruin zijn vracht over honderdvijftig meter modder naar het verharde pad in de Krimpenerhout in Krimpen aan de Lek. Daar neemt een grijper het over voor verder transport.
Vergenoegd bekijkt eigenaar Ron Le Poole (70) van ”Paard aan ’t Werk” uit Aarlanderveen het tafereel. Terwijl vrijwilliger Kees van der Linden zich met Ivor naar het pad begeeft, keert medewerker Izak Bos terug met de vijfjarige merrie Vilma die eerder een vrachtje wegbracht. Ivor is een Belgisch trekpaard en de merrie is een Noriker, een Oostenrijks ras dat in de tijd van Karel de Grote als rijdier werd gebruikt. Le Poole haalde het dier uit Slowakije. Trekpaarden in Nederland lijden te vaak aan „mok”, een infectie net boven de hoef. Door het afnemend gebruik is te lang op exterieur gefokt en zijn andere zaken verwaarloosd, vindt Le Poole.
Koudbloeds
Bij de stapel hout maakt de merrie een korte draai. Ze weet wat er wordt verwacht en doet voorzichtig een paar stapjes terug zodat de ketting met de boomstammetjes kan worden aangehaakt. Mens en dier werken samen in wederzijds vertrouwen. Eén tik van de achterbenen volstaat om je voor altijd het zwijgen op te leggen. Maar de „koudbloeds” zijn bedaard en vriendelijk. Alert kijken ze om zich heen, ze horen alles. „Toe maar” of „Ja, vooruit” volstaat. „Ze weten wat de bedoeling is”, glimt Le Poole. Een geruststellend „prrrrrr” zet de combinatie stil als dat nodig is.
Le Poole ziet het trekpaard als duurzame krachtbron. Als vijftienjarige jongen bezorgde hij met paard en kar al mest voor de tuin in Blaricum. Na een carrière als tuinarchitect exporteert hij tegenwoordig planten en wijdt hij zich aan „duurzaam groenbeheer met paardenkracht.” „Een tweede carrière; hobby klinkt te vrijblijvend”, vindt hij.
Vijftien jaar al draagt hij bij aan bos- en natuurbeheer door klussen te doen waar een paard veel geschikter voor is dan een machine. Hij werkt voor overheden, landgoedeigenaren en terreinbeheerders als Staatsbosbeheer. De klok terugdraaien, wil hij niet. „Akkers ploegen gaat met een tractor veel beter. Je moet zo’n dier gebruiken voor werk waar het het best geschikt voor is.”
De zompige oever is hem eigenlijk te lang. „Vijftig meter is beter. Je sleept het hout tot waar een grijper het kan oppakken en je voert het af met een vrachtwagen.” Wandelaars laten bewonderend de camera van hun mobieltje klikken. „Met een tractor kun je hier wel komen, maar na drie keer loopt hij vast. Mensen beseffen onvoldoende hoe veelzijdig en duurzaam een trekpaard is als aanvulling op de tractor”, aldus Le Poole, die als een van de weinigen gecertificeerd is als ”boomsleper met paardentractie”.
Seizoenswerk
Veel werk is er in het najaar, wanneer de bossen worden uitgedund. Ook houdt Le Poole heidevelden in stand door er met zijn dieren prille dennen- en berkenboompjes uit de grond te trekken. In de zomer maaien ze kruidenrijke graslanden waar een maaimachine de zoden stuk rijdt of bestrijden ze adelaarsvaren, een invasieve exoot. „We kneuzen de bladeren, waarna de plant verdroogt.”
’s Zomers is er minder te doen. „Eens per maand egaliseer ik ruiterpaden in Den Haag. Door het gebruik wordt het zand weggedrukt en dat moet worden teruggeschoven.” Voor die klus heeft Le Poole een speciale schuif ontwikkeld. De rest van de tijd trekken de paarden, heel ouderwets, de trekschuit langs de Hollandse IJssel tussen Oudewater en Hekendorp.
Le Poole vindt het jammer dat het werk nogal seizoensgebonden is. Dat maakt het lastig mensen in dienst te nemen. Daarom werkt hij met zzp’er Izak, een boerenzoon die goed met de dieren overweg kan. Net als Kees, een gewezen marineman die graag lichamelijk bezig is.
Le Poole reist het hele land af en doet ook klussen in Duitsland en België. Hij kan zomaar een week van huis zijn. „Eén dagje met een paard werken wil iedereen wel, maar een karwei moet op een gegeven moment natuurlijk wel klaar zijn.”