Nederlandse luchtbrug Jordanië-Irak van de baan
De luchtbrug die Nederland zou opzetten tussen Jordanië en een aantal steden in Irak is definitief van de baan. Dat heeft minister Kamp van Defensie maandag aan de Tweede Kamer gemeld.
Een Fokker-60-transportvliegtuig zou oorspronkelijk vanaf begin oktober tot 10 november vluchten gaan uitvoeren voor de VN tussen de Jordaanse hoofdstad Amman en steden in Irak, waaronder Bagdad. De VN gaven onder meer vanwege de risico’s van aanslagen op de vliegtuigen, geen toestemming voor de missie.
Minister Kamp en minister Bot (Buitenlandse Zaken) hebben nu besloten het toestel niet langer voor Unami ter beschikking te houden. „De Verenigde Naties hebben laten weten begrip te hebben voor deze beslissing en hun excuses aangeboden voor de gang van zaken”, aldus Kamp in zijn brief aan de Kamer.
Nederland leverde tussen februari en augustus al een Fokker–60 voor de VN. Dat toestel maakte ruim honderd vluchten voor het Wereldvoedselprogramma WFP en vloog van Jordanië op Cyprus, Qatar, Beiroet, Koeweit en in Irak naar Bagdad, Erbil en Basra.
Overigens worden in 2006 alle vier Fokker–60–toestellen van de luchtmacht uit dienst gesteld en te koop aangeboden. De toestellen hebben teveel nadelen. Zo kan een F–60 moeilijk starten en landen op onverharde banen en kan het toestel onder warme omstandigheden en vanaf hooggelegen vliegvelden maar een zeer beperkte hoeveelheid vracht meenemen. Bovendien is het vliegbereik van de F–60 in vergelijking met de Hercules C–130 beduidend geringer.
Minister Kamp wil er daarom snel twee Hercules–vliegtuigen bijkopen. De eerste wordt binnenkort overgenomen van de Britten, naar een tweede wordt nog gezocht. Als dat lukt heeft de luchtmacht in 2006 vier Hercules–toestellen en geen enkele Fokker–60 meer.