Extra zuurstof voor te transplanteren nier goed tegen afstoting
Als een nier die getransplanteerd gaat worden tijdens het bewaren extra zuurstof krijgt toegediend, wordt de kans kleiner dat het donororgaan door de ontvanger wordt afgestoten. Dat hebben wetenschappers uit Leuven, Oxford en Groningen vastgesteld. Ze publiceren er vrijdag over in het wetenschappelijke tijdschrift The Lancet.
Het risico op acute afstoting bleek zelfs met bijna de helft verminderd in nieren die zuurstof hadden gekregen. Zuurstoftekort vóór transplantatie veroorzaakt een ontstekingsreactie in de nier na transplantatie, zegt de Leuvense transplantatiechirurg Ina Jochmans. „Deze ontstekingsreactie kan het orgaan gevoeliger maken voor afstoting. Dit kan op zijn beurt leiden tot littekens in het weefsel, waardoor de nierfunctie afneemt en de nier zelfs helemaal niet meer functioneert.”
Het onderzoek is uitgevoerd op organen van ‘hartdode’ donoren, van wie het hart dus geen bloed meer pompt op het moment van donatie. Deze organen krijgen dan een ernstig zuurstofgebrek voordat de donatie plaatsheeft. Daarom kunnen ze mogelijk meer baat hebben bij zuurstoftherapie dan organen van ‘hersendode’ donoren, van wie de dood wordt bepaald op basis van de hersenactiviteit.