Het gaat om preventieve maatregelen die de kans op een uitbraak of snelle verspreiding van dierziekten als mond– en klauwzeer (MKZ) of varkenspest moeten verkleinen. De regels zijn ingesteld na uitbraken van de varkenspest (1997/1998) en MKZ (2001) in Nederland. Een aantal is overbodig geworden omdat informatie bijvoorbeeld uit het bezoekersregister op een andere manier te achterhalen is. Daarnaast wil Veerman de boeren zelf meer verantwoordelijk maken voor de gezondheid van hun dieren.

Naast de afschaffing van het verplichte register hoeven de vervoerders van de dieren vanaf volgende week de wagens niet langer te laten schoon maken op een geregistreerde wasplaats. Nu moet dat wanneer vier keer varkens of andere eenhoevige dieren in de wagen getransporteerd zijn. Dit laat onverlet dat veewagens na ieder transport gereinigd en ontsmet moeten worden.

De varkenshouders zijn niet meer verplicht de dieren iedere vier weken via een steekproef te testen op blaasjesziekte. Deze ziekte wordt gevreesd binnen de sector omdat de symptomen niet te onderscheiden zijn van MKZ. Wanneer andere Europese landen vragen om bewijs dat het geïmporteerde vlees vrij is van de ziekte zal het de verantwoordelijkheid van de boer zijn dat te regelen.

De versoepeling van de regels levert de boeren een lastenvermindering op van ongeveer 16,5 miljoen euro.

Landbouworganisatie LTO juicht de aangekondigde versoepeling goeddeels toe. De sector wil volgens een woordvoerder vooral de gezondheid van de dieren waarborgen op een zo praktisch mogelijke manier.

Dat de verplichte test op blaasjesziekte verdwijnt, zint de varkenshouders echter niet. In het vervolg zullen de varkenshouders daarom via een eigen systeem dat onderzoek doen. De test wordt meegenomen in die voor salmonella en de virusziekte aujeszky.