In Leeuwarden liggen meer peuken op straat dan in Parijs
Alain Muller uit Straatsburg reist de wereld over om sigarettenpeukjes op te ruimen. Hij is nu in Friesland. „Parijs is een smerige stad, maar er liggen niet zoveel peuken op straat als in Leeuwarden.”
Met zijn rubberen handschoen pakt Alain Muller de ene na de andere peuk op. Gehurkt beweegt hij zich voort over het voorste plein van de Blokhuispoort, tegenover bibliotheek Dbieb. De plastic tas van de Spar naast hem zit al bijna vol met kleine zakjes vol peuken. Allemaal doorzichtig, om te laten zien hoeveel er eigenlijk op straat liggen.
„Je loopt er zo aan voorbij”, zegt Muller. „Maar als je er op gaat letten besef je pas hoeveel peuken op straat worden gegooid.” De inhoud van de tas is de oogst van de afgelopen tien dagen in Leeuwarden. „Daarnaast heb ik nog een schoonmaakactie gehouden met studenten bij Van Hall Larenstein. Alleen daar al hebben we vijftigduizend peuken opgeruimd.”
Duurzaamheid
Muller staat versteld van de hoeveelheid peuken die hij in Leeuwarden aantreft. „Ik ben twee maanden geleden met de actie begonnen in Chamonix en reisde door naar Italië en België, maar nergens lagen zoveel peuken op straat als hier. Zelfs niet in Parijs, wat verder wel een smerige stad is.”
Hij verbaasde zich over de hoeveelheid bij Van Hall Larenstein. „Zij zetten zich neer als een van de groenste hogescholen van Nederland. Je kunt daar studies doen op het gebied van milieu en duurzaamheid, maar toch worden de peuken achteloos op straat gegooid. Dat zie ik veel meer bij mensen die zich bekommeren om het milieu en bijvoorbeeld veganist zijn. Zij zouden nooit een plastic flesje op straat gooien maar laten wel zonder er bij na te denken een peuk op de grond vallen. Dat deed ik zelf ook toen ik net begon met roken. Mensen moeten zich er nog van bewust worden dat zelfs zo’n klein peukje een grote impact op het milieu heeft. Daar is deze actie voor.”
Muller werkte voorheen als skiliftmonteur en reisde zo de hele wereld rond. „Drie jaar terug ontmoette ik een studente uit Leeuwarden in Nieuw-Zeeland en zo ben ik nu hier terecht gekomen.”
Hij besloot een jaar geleden te gaan reizen en wilde daarbij graag iets nuttigs doen. „Ik begon met een schoonmaakactie, maar toen ontdekte ik dat de peuken vaak blijven liggen. Ook bij schoonmaakacties. We lijken er wel blind voor te zijn. Daarom besloot ik me helemaal op de sigarettenpeukjes te richten. Die peukjes op straat zijn slecht voor het milieu. En zo’n bult sigarettenpeuken op straat ziet er ook echt niet uit.”
Kolibrie
Hij noemt zijn actie ”The Hummingbird Tour”, naar het Engelse woord voor kolibrie. „Eén kolibrie kan heel wat in gang zetten als de rest hem volgt. Ik hoop dat met deze eenmansactie ook te doen.”
Muller krijgt tijdens zijn acties vooral veel aanspraak van niet-rokers. „Zij vinden het heel goed wat ik doe.” Sommige rokers gooien hun peukje vóór Alain Muller op de grond als hij aan het opruimen is. „Ik zoek nog een pakkende tekst om hen daarop aan te spreken. Ik wil niet belerend zijn, maar hen de ogen openen.”
De grote hoeveelheid peuken waarmee Muller dagelijks geconfronteerd wordt heeft er nog niet voor gezorgd dat hij zelf zijn sigaretten laat staan. „Roken en je rotzooi opruimen zijn twee verschillende dingen. Ik vind het lekker om te roken én bekommer me om het milieu, dat gaat prima samen. Als ik een sigaret heb gerookt doe ik de peuk in een asbak. En als er geen asbak in de buurt is, houd ik hem even vast. Dat is misschien vervelend, maar je kiest er ook zelf voor om te roken.”
Voor de actie heeft hij speciale zakasbakjes laten maken die hij uitdeelt aan rokers. Muller blijft nog een week in Leeuwarden peuken rapen. Volgende week gaat hij naar een vriend in Bratislava. Hij weet nog niet hoe lang hij daarna nog met de reis doorgaat. „Het is maar net wie ik onderweg tegenkom en waar ik zin heb om naartoe te gaan. Het liefst ga ik nog de hele wereld rond. Ik heb nog geen idee hoe lang het nog duurt. Misschien stop ik als het geld op is. Of ik ga door tot er nergens meer peukjes op straat liggen, maar dat zal nog wel even duren.”