Dat blijkt uit de nota ”Begrotingspositie 2004” van de Utrechtse gemeenten die de provincie Utrecht dinsdag presenteerde.

Opgeteld voor alle gemeenten in de provincie Utrecht bedragen de inkomsten 2,8 miljard euro. De inkomstenstroom nam ten opzichte van vorig jaar met 0,3 procent af. Dat kwam vooral door verlies aan inkomsten uit het Gemeentefonds van het Rijk. De financiële kracht van de gemeenten is in 2004 over de gehele linie verbeterd. Dat is een gevolg van opbrengsten uit de verkoop van nutsbedrijven.

Jaarlijks brengen Gedeputeerde Staten als toezichthouder op de lagere overheden in de provincie Utrecht de begrotingsnota uit. De nota is een verslag op de begrotingen van de Utrechtse gemeenten, de gemeenschappelijke regelingen (samenwerkingsverbanden tussen gemeenten) en de waterschappen.

De rapportage laat zien dat de meeste Utrechtse gemeenten er redelijk in slagen de begroting op orde te houden. De begroting en de jaarrekening van 28 gemeenten zijn in voldoende mate deugdelijk en gezond, aldus GS. Bij vijf gemeenten ligt de situatie gecompliceerder. Baarn, De Bilt, Eemnes en Leusden presenteerden aan de provincie Utrecht weliswaar een sluitende begroting voor het jaar 2004, maar dit ging gepaard met hetzij forse ombuigingen dan wel omvangrijke onttrekkingen aan de financiële reserve.

Het dagelijks bestuur van de provincie heeft er vertrouwen in dat deze gemeenten orde op zaken stellen. Om deze reden zijn deze gemeenten onder een (soepele) vorm van financieel toezicht geplaatst, waarbij de provincie achteraf de begroting goedkeurt.

Voor Breukelen heeft GS een afwijkend besluit genomen. Deze gemeente is in 2004 onder preventief (streng) toezicht geplaatst omdat er geen zicht is op een sluitende (meerjaren)begroting.