Pechtold kreeg het appartement vorig jaar van een bevriende Canadese oud-diplomaat. Er kwamen daarop ruim tweehonderd aangiftes binnen van ambtelijke corruptie, valsheid in geschrifte en belastingontduiking.

De waarde van het appartement zou bij taxatie te laag zijn ingeschat en ten onrechte zou zijn vastgelegd dat de Canadees tijdens zijn leven nog gebruik van de woning mag maken. Dat zou van invloed zijn geweest op de hoogte van de overdrachtsbelasting.

Volgens het OM was het aan Pechtold en de Canadees om afspraken te maken over het recht tot gebruik van het appartement en was dat niet in strijd met de wet. Ook van een te lage taxatiewaarde is niets gebleken.

De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft zich gebogen over de aantijgingen wegens ambtelijke corruptie, omdat het OM daartoe niet bevoegd is. Hij constateerde dat er geen serieuze aanleiding is om te vermoeden dat Pechtold zich door de schenking wilde laten beïnvloeden in zijn werk als Kamerlid.