Dat blijkt uit een rapport van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen, Herman Bolhaar, dat dinsdag is gepubliceerd. Omdat het onderzoek veel tijd kostte, is 2016 het meest recente jaar. Gesloten jeugdhulpinstellingen zijn eigenlijk bedoeld voor jongens en meisjes met ernstige gedragsproblemen.

Doel was om uit te vinden welke hulp kinderen ontvangen als slachtoffer van seksueel geweld. Dat wordt nu niet geregistreerd. Bolhaar adviseert de overheid om dit beter bij te houden, om erachter te komen of jonge slachtoffers de juiste hulp krijgen.

De Nationaal Rapporteur vindt het ,heftig dat van een bijzonder groot aantal kinderen de problematiek na seksueel geweld dusdanig oploopt dat hun vrijheid wordt beperkt door opname in een gesloten instelling’'.

De reden dat slachtoffers van seksueel geweld in een gesloten jeugdzorginstelling zitten, kan Bolhaar niet zeggen. Hij wil hier meer onderzoek naar. Het zou voor een deel kunnen gaan om seksuele uitbuiting door loverboys, die de meisjes in hun greep willen houden. Toch verklaart dit niet het hoge aantal, aldus een woordvoerster.

Uit het onderzoek blijkt ook dat naar schatting elk jaar zo’n 20.000 kinderen tussen de twaalf en zeventien jaar te maken krijgen met ernstig seksueel geweld, zoals verkrachting. Dat aantal is de laatste vier jaar afgenomen. Hoewel dat een goed teken is, denkt Bolhaar dat vormen van seksueel geweld via internet nu vaker voorkomen. Hij pleit ook hier voor meer onderzoek.