Eis: 1 jaar jeugddetentie en tbs voor doden Romy (14)
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft voor de rechtbank in Utrecht één jaar jeugddetentie en jeugd-tbs geëist tegen de veertienjarige Brian N. voor het verkrachten en doden van zijn leeftijdgenote Romy uit Hoevelaken. De eis van de aanklagers is de maximale straf die kan worden opgelegd aan een veertien- of vijftienjarige verdachte.
Vanwege zijn minderjarigheid vond het proces plaats achter gesloten deuren. De ouders van zowel N. als van Romy waren wel aanwezig in de zaal.
De puber uit Lunteren heeft Romy verkracht en daarna gewurgd, zo liet het OM na afloop weten. Hij had zijn daden al eerder tegenover de politie bekend. Volgens de aanklagers heeft de jongen het meisje gedood in een poging te voorkomen dat hij zou worden gepakt. Hij heeft haar daarom ook in het water gegooid, haar telefoongegevens gewist en geprobeerd om een alibi te regelen, aldus het OM.
De jongen en Romy kenden elkaar van school in het Gelderse De Glind. Het meisje raakte op vrijdag 2 juni vermist toen zij op weg was van school naar huis. Na een paar uur werd haar lichaam gevonden in een sloot in Achterveld, dichtbij De Glind.
De politie vond vlakbij deze plek ook haar fiets, kleding, slippers, zonnebril, kauwgom en bloed. De verdachte kwam al snel in beeld op basis van camerabeelden en na verklaringen van getuigen. Zo had Romy aan haar vrienden geappt dat de verdachte met haar mee wilde fietsen en dat zij hem „echt eng vond”, aldus het OM. Twee dagen later, op zondagavond, werd N. aangehouden.
Uit het onderzoek komt naar voren dat de jongen door „complexe problematiek” verminderd toerekeningsvatbaar is. Omdat de feiten zo ernstig zijn, vindt het OM het passend om de maximale straf te eisen. Daarnaast wil het OM dat de jongen een langdurige behandeling krijgt. Daarom is ook jeugd-tbs geëist. Deze zogeheten PIJ-maatregel kan maximaal zeven jaar duren. Als daarvoor redenen zijn, kan deze maatregel daarna worden omgezet in tbs met dwangverpleging. Tbs kan onbeperkt worden verlengd.
Uitspraak is op 24 november.