Oproep aan pluimveehouders: Onderschat dit vogelgriepvirus niet
De snelheid waarmee de vogelgriep om zich heen grijpt baart de pluimveesector grote zorgen. „We moeten dit virus niet onderschatten”, waarschuwt voorzitter Eric Hubers van de LTO-vakgroep Pluimveehouderij.
Alle Nederlandse pluimveehouders kregen vrijdag een e-mail van koepelorganisatie Avined met de dringende oproep om vooral voorzichtig te zijn. Donderdag zaten deskundigen uit de sector nog te dubben over de tekst. De brief moet niet te betuttelend overkomen maar de boeren wel de ernst van de situatie op het hart binden.
„Het gevaar is dat we denken: Oh, daar is de vogelgriep weer. Alsof het normaal is. Maar dit is wel de vierde keer in zes jaar, en het virus is flink gemuteerd. Er zijn nu al drie verschillende stammen aangetroffen”, zegt Hubers.
Onder de honderden dode wilde vogels die intussen op allerlei plekken in Nederland worden gevonden (zie kaartje) zitten niet alleen trekvogels. Hubers: „Trekvogels gaan weer weg. Maar het virus zit nu ook in roofvogels die hier het hele jaar leven. Ook de knobbelzwanen in Kockengen (de eerste dode vogels die met het virus besmet bleken en half oktober werden gevonden, TR) zijn inheems.”
Landbouwminister Carola Schouten schreef aan de Tweede Kamer dat het virus waarschijnlijk door wilde watervogels is overgebracht uit Rusland en Kazachstan. Volgens Hubers is uit onderzoek inmiddels bekend dat het virus half oktober al wel een week of vier in Nederland aanwezig moet zijn geweest. „Dat is bijzonder vroeg. Ook daaraan kun je zien hoe het virus verandert.”
Vanuit de sector was naar aanleiding van signalen elders uit Europa al vroeg gevraagd of er misschien een ophokplicht moest komen, om te voorkomen dat buiten lopend pluimvee in contact zou komen met besmette trekvogels. Die ophokplicht kwam er uiteindelijk pas op 23 oktober en was aanvankelijk alleen gericht op de commerciële pluimveehouderij.
Tentoonstellingen
Nadat op 28 oktober in het Gelderse Altforst een eerste pluimveebedrijf besmet bleek, scherpte de minister de maatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen verder aan. Ook dierentuinen, kinderboerderijen en eigenaren van hobbyvogels zijn nu verplicht hun pluimvee en watervogels op te hokken. Verder zijn tentoonstellingen van sierpluimvee en watervogels verboden.
Intussen heeft de vogelgriep op nog twee kippenboerderijen toegeslagen: een leghennenbedrijf in Puiflijk, vlakbij Altforst, en een leghennenbedrijf in het Groningse Lutjegast. De drie besmette boerderijen zijn geruimd. Een bedrijf vlakbij de boerderij in Puiflijk is preventief geruimd. In totaal zijn bij deze ruimingen een kleine 300.000 kippen gedood.
Volgens Hubers is nu wel duidelijk dat het virus niet alleen in de buurt van waterrijke gebieden zit, een idee dat naar aanleiding van de vorige uitbraken zou kunnen zijn ontstaan. „Dit virus is wijd verspreid en kan overal toeslaan. En de gevaarlijkste maanden moeten nog komen. Onder koude en natte omstandigheden kan het virus langdurig buiten een gastheer overleven.”