Buitenland

Waarom Frankrijk opnieuw doelwit is van terreur

Frankrijk was donderdag voor de derde keer in korte tijd het toneel van een terreuraanslag. De aanvallen hebben als overeenkomst dat ze door enkelingen zijn uitgevoerd. Dat maakt het voor inlichtingendiensten nog moeilijker er de vinger achter te krijgen.

Mark Wallet
30 October 2020 15:02Gewijzigd op 16 November 2020 20:48
Kaarsen voor de basiliek van Nice, donderdagavond. beeld AFP, Valery Hache
Kaarsen voor de basiliek van Nice, donderdagavond. beeld AFP, Valery Hache

Dat een kerk het doelwit van een aanslag was, verbaast onderzoeker Marc Hecker van het Franse Instituut voor Internationale Betrekkingen niets. „Kerken zijn altijd doelwit geweest van IS”, zei de specialist radicalisering donderdag in de Franse krant La Croix. „Die dreiging is nooit verminderd.”

Le Figaro schrijft dat er sinds zondag al een specifieke dreiging bestond voor kerken. De Franse minister van Binnenlandse Zaken, Gérald Darmanin, waarschuwde de departementen voor een islamistische oproep tot een „individuele jihad” tegen symbolen van het christendom. De veiligheidsdiensten waren daarom al verschillende dagen extra alert.

Duizend wonden

Het heeft de aanslag in Nice duidelijk niet kunnen voorkomen. De mesaanval was voor de autoriteiten reden om naar het hoogste dreigingsniveau op te schalen. De Franse president Emmanuel Macron beloofde donderdag duizenden militairen in te zetten om scholen en kerken extra te bewaken.

Maar de realiteit is dat de dreiging onmogelijk helemaal valt weg te nemen. „De grote moeilijkheid is het enorme aantal kerken in Frankrijk”, zei Hecker in La Croix. „Het is onmogelijk om permanent bij alle gebedshuizen te surveilleren. En dat is waar het terrorisme bij gedijt: het aanwakkeren van de angst dat het altijd en overal kan toeslaan.”

Kerken zijn eerder doelwit geweest. In Niger, in West-Afrika, kregen in reactie op de publicatie van cartoons in het satirische tijdschrift Charlie Hebdo in 2015 72 kerken te maken met brandstichting. In hetzelfde jaar werd een aanslag tijdens een kerkdienst in de Parijse voorstad Villejuif verijdeld. In juli 2016 werd pater Jacques Hamel in het Franse dorp Saint-Étienne-du-Rouvray op het altaar vermoord, officieel uit protest tegen Franse bombardementen in Syrië. Hamel had daar natuurlijk niets mee te maken. De kerk is bovendien wel de laatste instantie die verspreiding van cartoons van de profeet Mohammed zal aanmoedigen. Dat doet er echter niet toe, omdat de kerk bij uitstek symbool staat voor het door jihadisten verachte christelijke westen.

De recente aanslagen hebben als overeenkomst dat er zeer jonge daders in het spel waren, die allen nog niet lang in Frankrijk woonden. Ze opereerden naar het zich laat aanzien alleen, hoewel sommige experts erop wijzen dat hun handelswijze in te passen is in de strategie van ”duizend wonden”, die vooral door IS is gepromoot. Het idee is dat een groot aantal kleine aanslagen de sociale structuur van een samenleving kan ontwrichten. Voor inlichtingendiensten is het bovendien veel moeilijker om zelfstandig opererende cellen op te sporen.

Proces Charlie Hebdo

Sinds de grote aanslagen van 2015 en 2016 is het in Frankrijk op het gebied van terrorisme rustig gebleven – verijdelde aanslagen daargelaten. Het algehele dreigingsniveau steeg echter weer sinds begin september, toen het proces over de aanslag op Charlie Hebdo van start ging. Met name de beslissing van het tijdschrift om cartoons van de profeet Mohammed ter gelegenheid daarvan opnieuw te publiceren, zette in jihadistische kringen kwaad bloed.

Experts Jean-Charles Brisard en Thibault de Montbrial schreven eind september in Le Figaro dat het proces leidde tot een heropleving van vijandigheden bij geradicaliseerde individuen, daartoe aangespoord door de belangrijkste jihadistische groepen. Ze waarschuwden daarom voor „een heropleving van terroristische aanslagen op ons grondgebied.”

De start van het proces viel daarbij min of meer toevallig samen met de aankondiging van de regering om een wet in te voeren tegen „het islamitisch separatisme.” President Macron doelde daarmee op het ontstaan van autonome eilandjes binnen Frankrijk waar niet primair de wetten van het land maar die van de politieke islam bepalend zijn. Daarbij kwam de moord op geschiedenisleraar Samuel Paty op 16 oktober, reden voor Macron om nog eens krachtig te benadrukken dat „wij deze spotprenten nooit zullen laten vallen.”

De Franse president onderstreepte donderdag opnieuw dat de waarden van de Republiek overeind blijven staan. „Wij zijn een familie”, zei hij. „Verbonden in deze beproevingen. Samengekomen om de waarden te verdedigen die de grondslag van onze verbintenis zijn.”

Het is juist dit „universalistische” model dat wel wordt aangewezen als reden voor grote breuklijnen in de Franse maatschappij. Wat in Frankrijk telt, is verbondenheid door de Franse republikeinse waarden; religieuze overtuigingen doen er in de publieke ruimte niet toe. Dat botst met de overtuigingen van met name de islamitische gemeenschap.

In de zoektocht naar verklaringen waarom juist Frankrijk zo vaak en heftig doelwit is van aanslagen, klinken daarnaast vaak verwijzingen naar de actieve buitenlandse politiek van Parijs en de koloniale geschiedenis. Frankrijk was een van de kartrekkers in de coalitie tegen IS en is bovendien prominent aanwezig in de strijd tegen jihadisme in landen als Mali. In de voormalige Noord-Afrikaanse koloniën leeft daarnaast nog veel oud zeer over de moeizame onafhankelijkheidsoorlogen. Het is een van de rechtvaardigingsgronden voor terroristische operaties op Franse bodem.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer