Verkeer in Kerkwijk en Bruchem moet veiliger
De verkeersoverlast in Kerkwijk en Bruchem wordt aangepakt. Dat beloofde wethouder Posthouwer van Zaltbommel tijdens een commissievergadering waarin Burgerinitiatief Verkeersveiligheid Bruchem-Kerkwijk het probleem aan de orde stelde.
De inwoners noemen vooral de Molenstraat onveilig. Die weg is de belangrijkste schoolfietsroute voor kinderen uit de regio én een uitvalsroute voor dorpsbewoners. Ook is de weg het domein van fietstoeristen en wandelende ouders met kinderen.
Door vrachtwagens en trekkers die van Gameren, Nieuwaal en Zuilichem naar de kassen aan de Sarskampseweg rijden, ontstaan er gevaarlijke situaties, benadrukte inspreker Muijen. „Er rijden gemiddeld zestig vrachtwagens per dag over de Molenstraat. De weg is niet ingericht op zo veel vrachtverkeer.” En waar de chauffeurs zich overdag nog aan de maximumsnelheid houden, wordt er ’s nachts veel harder gereden. „Dan wordt de straat een racebaan.” Ongelukken deden er zich het afgelopen jaar niet voor, zei de inspreker op vragen van commissieleden. „Maar we constateren dagelijks gevaarlijke situaties. Vrachtwagens razen langs fietsers en erven of moeten uitwijken voor kinderen.”
Overleg met transportbedrijven leverde de verontruste inwoners wel „begrip” op, maar het leidde er niet toe dat de vrachtwagens een andere route kozen. „Omrijden kost geld, zei een ondernemer.” Politiek Zaltbommel neemt het burgerinitiatief serieus. „De situatie rond de school in Kerkwijk is onverantwoord”, weet CDA’er Groeneveld uit ervaring. SGP’er Van der Toorn: „De gemeente moet een sturende rol op zich nemen.” Hij drong aan op het houden van verkeersmetingen.
Verkeerswethouder Posthouwer wil de overlast stevig aanpakken door aanpassing van de verkeerssituatie, gedragsbeïnvloeding van ondernemers en chauffeurs en handhaving. Hét middel om het zware verkeer uit de dorpen te weren, is volgens Posthouwer het onaantrekkelijk maken van de route. De Molenstraat afsluiten voor vrachtverkeer is echter niet aan de orde. „Dat levert problemen op met bestemmingsverkeer. Zo’n maatregel is in de praktijk bijna niet te handhaven.”