Binnenland

„Rijk moet bijdragen aan verhuizing TNO”

De gemeenten Rijswijk, Den Haag, Cromstrijen, de provincie Zuid-Holland en TNO vragen het Rijk een bijdrage van 27 miljoen euro om twee locaties van het onderzoeksinstituut samen te brengen op een nieuwe plek in de Hogezandse Polder in Cromstrijen.

Van onze correspondent
12 October 2004 07:56Gewijzigd op 14 November 2020 01:44

Over de verhuizing van het munitiedepot op Ypenburg en het Prins Maurits Laboratorium in Rijswijk wordt inmiddels drie jaar gesproken. De gemeenten, de provincie en TNO hebben maandag gezamenlijk een brief aan minister Dekker (VROM) gestuurd. De minister stond vorig jaar nog open voor een onderzoek naar de voordelen van de verplaatsing.

Het initiatief voor de verplaatsing kwam in 2001 van de gemeente Den Haag omdat het onderzoek van TNO naar munitie, explosieven en vuurwerk op de locatie Ypenburg te gevaarlijk voor omwonenden zou zijn. Rijswijk wil de ruimte die met de verhuizing van TNO vrijkomt gebruiken voor onder meer infrastructuur en bedrijvigheid. Cromstrijen juicht de komst van TNO toe. Het onderzoeksinstituut heeft op de nieuwe locatie ruimte voor eventuele uitbreiding.

Het ministerie van VROM liet enkele jaren geleden al weten dat de veiligheidsrisico’s in Rijswijk wel meevallen. Het was om die reden niet van plan mee te betalen aan de verhuizing. Cromstrijen wil TNO graag ontvangen, maar houdt onverkort vast aan de voorwaarden van 2002: de aanleg van een goede infrastructuur, veiligheidswaarborgen, extra woningbouw en 500 hectare natuurontwikkeling in combinatie met recreatieve voorzieningen.

„Wij wachten gewoon af”, aldus burgemeester D. Kraaijveld. Hoe groot de kans is dat TNO naar Cromstrijen komt, kan hij niet zeggen. „Maar het feit dat dit onderwerp weer op de agenda wordt geplaatst, is veelzeggend.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer