Suriname ‘verrast’ door Nederlands standpunt over Brunswijk
De Surinaamse minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking vindt het „verrassend” dat de Nederlandse regering geen contact met de vicepresident van Suriname, Ronnie Brunswijk, wil onderhouden tenzij dat functioneel noodzakelijk is. Ramdin had dat standpunt van Nederland niet verwacht, zei hij zondag in een radio-interview.
Het standpunt van minister Stef Blok over de relatie met Brunswijk staat in een brief aan de Tweede Kamer, waarin de Nederlandse bewindsman de actuele ontwikkelingen in Suriname beschrijft. De reden geen contact met de vicepresident van Suriname te willen, is dat Brunswijk in 1999 door de rechtbank in Haarlem is veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf wegens cocaïnehandel, aldus Blok.
Ramdin gaat er niet vanuit dat deze opstelling van Nederland stagnerend zal werken voor het herstel van de relatie tussen beide landen. Volgens hem zal de regering in de Den Haag noodzakelijk contact met Suriname niet vermijden. „Ik zie het niet als een belemmering in het aanhalen van de relaties, noch in het versterken ervan” Volgens Ramdin blijkt uit de brief wel erkenning van Blok voor de verkiezingswinst van Brunswijk met zijn partij ABOP en voor het feit dat hij democratisch is gekozen als vicepresident.
Sinds bij de verkiezingen in mei van dit jaar ex-president Desi Bouterse het veld heeft geruimd voor Chan Santokhi, werken de regeringen van Nederland en haar voormalige kolonie Suriname aan herstel van hun banden. Dat is nodig omdat de relatie tussen Nederland en Suriname op een zeer laag pitje stond vanwege het presidentschap van Bouterse, die in 2000 bij verstek werd veroordeeld tot 11 jaar cel voor de handel in cocaïne.