Levenslang gestrafte gezinsmoord vecht gratiebesluit aan
Loi Wah C., in 1989 tot levenslang veroordeeld voor de moord op een Chinees gezin in Rotterdam, stapt opnieuw naar de rechter in zijn strijd om gratie te krijgen. Woensdag vecht hij in kort geding bij de rechtbank in Den Haag de negatieve beslissing op zijn laatste gratieverzoek van minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) aan. Volgens C. en zijn advocaat Mathieu van Linde is dat besluit „onrechtmatig en ongemotiveerd”.
C. heeft al ettelijke malen de gang naar de rechter gemaakt om zicht te krijgen op gratie. Vijf eerdere gratieverzoeken werden afgewezen. In juli liet de minister weten dat hij meer tijd nodig had voor de beoordeling van het zesde verzoek. In kort geding oordeelde de rechter dat de beslissing binnen twee weken genomen moest worden.
Dekker wees het verzoek vervolgens af. Volgens advocaat Van Linde is de bewindsman daarbij afgeweken van het positieve advies van de rechter en is het besluit daarmee onrechtmatig. Hij wil dat de rechter de bewindsman dwingt het besluit binnen een bepaalde termijn te herroepen of een nieuwe beslissing te nemen. Van Linde wijst erop dat de minister „alleen om heel bijzondere omstandigheden” kan afwijken van een rechterlijk gratie-advies. „Die zijn hier niet aan de orde”, aldus de raadsman.
De afwijzende beslissing druist volgens Van Linde in tegen geldende Europese rechtspraak, waarin wordt gesteld dat levenslang gestraften op humane gronden perspectief moet worden geboden op terugkeer in de samenleving. De advocaat vindt dat Dekkers beslissing onvoldoende is gemotiveerd, zodat C. in het duister blijft tasten over wat hij moet doen om aan gratiecriteria te voldoen.
C. heeft de moord op het gezin - vader, moeder en twee kinderen - altijd ontkend. Hij zou wel hebben toegegeven dat hij de deur van de woning aan de Statensingel in Rotterdam heeft geopend en de moordenaar(s) heeft binnengelaten. De rechtbank in Rotterdam en het gerechtshof in Den Haag wezen hem bij zijn veroordeling als enige dader aan.