Aanpak Turkije en Wit-Rusland verdeelt EU-ministers
De EU-ministers van Buitenlandse Zaken komen er vooralsnog niet uit hoe ze Turkije moeten aanpakken vanwege illegale gas- en olieboringen in zee bij EU-landen Griekenland en Cyprus. Ook zijn ze verdeeld over het aangekondigde sanctiebeleid van de EU tegen het regime in Wit-Rusland wegens verkiezingsfraude en geweld bij vreedzame demonstraties. De discussies over beide kwesties donderdag in Berlijn zijn naar vrijdag doorgeschoven, melden diplomatieke bronnen.
De ministers, inclusief Stef Blok, zijn twee dagen informeel bijeen om de „neuzen dezelfde kant op te krijgen”, aldus een diplomaat. De drie Baltische Staten vinden de door EU-buitenlandchef Josep Borrell voorgestelde sancties tegen Wit-Rusland onvoldoende. Het gaat om maatregelen tegen hooguit twintig personen. „Dat is slechts symboliek”, zei de Litouwse minister Linas Linkevičius, die de gevluchte Wit-Russische oppositieleider Svetlana Tichanovskaja in zijn land opvangt.
Tegelijk hintte Cyprus dat als de EU geen nieuwe sancties tegen Turkije instelt, het eiland sancties tegen Wit-Rusland zal blokkeren. „Wij willen geen dubbele standaarden”, zei minister Nikos Christodoulidis. Volgens hem staat Europa’s geloofwaardigheid op het spel.
Blok vindt sancties tegen Wit-Rusland een „terechte stap”. Hij zei eerder op de dag echter ook dat het van belang is zowel in het geval als Wit-Rusland als Turkije „helder en scherp te zijn waar dat nodig is” maar tegelijk moet „er ruimte zijn voor dialoog”.
Blok zei zijn Duitse collega Heiko Maas te steunen in diens pogingen de spanningen in de Middellandse Zee over de Turkse gas-en olieboringen te laten de-escaleren. „Turkije moet zich net als ieder land houden aan het internationaal recht”, aldus Blok. Boren of onderzoek doen naar energiebronnen in de territoriale wateren van een ander land of in betwiste gebieden zijn stappen die niet kunnen, meent hij. Bovendien staat Turkije oog-in-oog met een medelid van de NAVO, namelijk Griekenland.