‘Vrouwen met autisme doen veel vaker zelfmoordpoging’
Van de vrouwen met autisme doet 14 procent een of meerdere keren een zelfmoordpoging. Dat percentage is 13 keer hoger dan bij andere vrouwen, zegt Annelies Spek, klinisch psycholoog bij het Autisme Expertisecentrum in Eemnes, op basis van tal van internationale onderzoeken. Van de mannen met autisme doet 6 procent weleens een zelfmoordpoging, becijferde Spek.
De cijfers zijn gemiddeld en kunnen per land verschillen. In Nederland is de situatie volgens haar nog nooit goed onderzocht.
Pestervaringen in het verleden en grote veranderingen lijken een rol te spelen bij de wens om het leven te beëindigen, aldus Spek. Dat het aantal pogingen, geslaagd of niet, zoveel hoger ligt bij vrouwen dan bij mannen, heeft nog een aantal oorzaken, denkt Spek.
„Vrouwen krijgen gemiddeld later de diagnose autisme dan mannen. Hierdoor hebben zij vaak al een historie van werkproblemen, sociale problemen en uitsluiting. Ze proberen zich lang aan te passen, ook wel camoufleren en compenseren genoemd.” Van vrouwen wordt ook meer een goed sociaal gedrag verwacht , zegt ze. Mannen blijven volgens haar langer zichzelf en trekken zich vaker terug, ze proberen minder de schijn op te houden.
Goede pestprogramma’s op scholen en praktische ondersteuning in de thuissituatie zijn volgens Spek van groot belang, net als een vroege diagnose, levensloopbegeleiding en acceptatie van het eigen autisme. Verder zijn mensen met autisme meer gebaat met praktische hulp dan met praten, dat laatste vinden ze juist belastend.
Het expertisecentrum stelt volgens eigen zeggen jaarlijks circa 200 diagnoses en behandelt tientallen mensen met autisme.