Onbegrip over beslissing Rotterdamse agenten niet te vervolgen
De beslissing van het Openbaar Ministerie om vijf agenten uit Rotterdam niet te vervolgen voor vermeend racistische berichten die ze aan elkaar hadden gestuurd op WhatsApp leidt tot kritische reacties. Zo noemt Antiracismebureau RADAR het „onbegrijpelijk” dat de agenten straks weer gewoon aan het werk mogen.
Volgens het OM zijn de chats „zeker laakbaar en niet passend”, maar zijn de berichten niet strafbaar omdat de agenten niet in het openbaar spraken, maar in een besloten groep.
„Als mensen zulke uitspraken doen en tegelijk wetten tegen discriminatie moeten handhaven, vraag ik me af hoe ze hun werk moeten doen”, zegt directeur Cyriel Triesscheijn van RADAR. „Als zoiets bij de sollicitatie naar voren komt, denk ik dat de politie ze niet zou aannemen. Als je geloofwaardig wil zijn, doe je dat ook bij de handhaving van gedrag op de werkvloer. De politie is er voor iedereen. Hun uitspraken zijn gewoon plat racisme.” Hij zegt dat de meeste agenten anders naar de wereld kijken. „De meeste politiemensen hebben het hart op de goede plek. Ook naar de bonafide agent toe is het niet goed als je niet alles uit de kast haalt om dit te corrigeren.”
Het Euro-Mediterraan Centrum Migratie & Ontwikkeling (EMCEMO) zegt dat het „met onbegrensde walging” kennis heeft genomen van „het onbegrijpelijke en laakbare standpunt van het OM”. „Dat dit soort lieden binnen het politieapparaat een werkplek blijft hebben, is funest voor het vertrouwen van de burger in de politie en getuigt van minachting voor artikel 1 van onze Grondwet. De gedachte dat zulke lieden in uniform blijven rondlopen en rondrijden mag en kan worden gezien als een verstoring van de openbare orde, immers je zal maar een Marokkaanse Nederlander zijn in Rotterdam. Wij vragen ons dan ook af wat er voor nodig is voordat het OM de Marokkaanse Nederlanders serieus gaat nemen.”