De vier, in leeftijd variërend van 20 tot en met 31 jaar, waren volgens de rechter in meer of mindere mate betrokken bij handel in cocaïne en heroïne in Ede.

Begin dit jaar werden de mobiele telefoons van de verdachten afgetapt en kon de politie de meeste mannen op heterdaad betrappen. Nagenoeg allemaal legden ze hierna een min of meer bekennende verklaring af.

Tijdens de rechtszaak trokken de meeste verdachten, allen van Marokkaanse afkomst, hun verklaring in of stelden die bij. Een 20-jarige verdachte uit De Meern ontkende dat er sprake was van handel in harddrugs. Volgens hem ging het om wiet, maar was dat door de vertaler verkeerd begrepen.

Een andere Edenaar probeerde de rechter ervan te overtuigen dat het allemaal ’een grap’ was geweest. Toen hij, net als de meeste andere verdachten overigens, voor het eerst in een politiecel was beland, kreeg hij het benauwd. Om snel weer naar huis te kunnen zou hij bij de politie maar wat hebben geroepen. „Alleen om stoer te doen”, zei hij tegen de rechter, die helemaal niets geloofde van wat de Edenaar zei.

Voor justitie vormden de verklaringen van de verdachten en de telefoontaps voldoende bewijs, en daarom eiste ze woensdag forse werkstraffen.

De politierechter was echter iets milder en hield er rekening mee dat de meeste verdachten een baan hebben, nog studeren of een poging daartoe doen. Ook hadden alle verdachten nog een nagenoeg blanco strafblad. De Arnhemse rechter legde daarom werkstraffen op van 80 tot 240 uur, bij de meesten met een flink deel voorwaardelijk.