Dat bleek woensdag tijdens het debat waarin het europarlement met premier Aznar van fungerend EU-voorzitter Spanje terugblikte op de bereikte resultaten.

De top van Barcelona was een vervolg op een soortgelijke bijeenkomst in Lissabon van twee jaar terug. Daar werden maatregelen aangekondigd die van de Europese economie binnen tien jaar de best draaiende ter wereld moeten maken. Elk jaar gaan de EU-leiders na hoe het met de uitvoering van die maatregelen staat.

Vorig jaar, bij een top in het Zweedse Göteborg, is overeengekomen dat er een evenwicht dient te bestaan tussen economische, sociale en milieuaspecten in het EU-beleid. Vooral de socialistische en de groene fractie vinden dat daarvan in Barcelona weinig terecht is gekomen.

Lichte ontevredenheid bij het Parlement is er ook over het onderwerp dat in Barcelona de meeste aandacht heeft getrokken, namelijk de liberalisering van de energiemarkt. De EU-leiders hebben besloten dat bedrijven in 2004 zelf mogen bepalen waar ze hun gas en stroom inkopen, een maatregel die tot meer concurrentie en dus lagere tarieven moet leiden. Door een weigerachtige opstelling van Frankrijk is het echter niet gelukt om de energiemarkt ook voor consumenten open te stellen.

Niet alleen het Europees Parlement betreurt dit, ook de Europese Centrale Bank vindt dat de EU-top op dit punt niet ver genoeg is gegaan.