Verliezen op New Yorkse beurzen
De aandelenbeurzen in New York zijn vrijdag met verliezen geopend. De stap waarmee China zijn greep op Hongkong vergroot, wakkert zorgen aan over een verdere escalatie van de spanningen tussen Peking en Washington. Verder is de blik gericht op de versoepeling van coronamaatregelen in een aantal staten en verwerken beleggers een trits aan bedrijfsresultaten.
De Dow-Jonesindex stond kort na de opening 0,4 procent lager op 24.362 punten. De brede S&P 500 ging ook 0,4 procent omlaag naar 2936 punten en technologiebeurs Nasdaq zakte 0,5 procent tot 9242 punten.
Premier Li Keqiang liet tijdens het Nationale Volkscongres weten nieuwe wetten te gaan instellen om de „nationale veiligheid” in Hongkong en Macau te waarborgen. Peking wil met de wet vooral meer grip krijgen op de anti-Chinese en pro-democratische protesten in Hongkong. President Donald Trump waarschuwde dat de VS „sterk zullen reageren” als China de wet invoert.
Diezelfde Trump liet donderdag weten de Amerikaanse economie niet opnieuw te willen sluiten als er een tweede golf aan besmettingen komt. Medisch experts hebben juist gewaarschuwd dat het risico op een opleving van de virusuitbraak hoog is als lockdownmaatregelen te snel worden teruggedraaid.
Bij de bedrijven verloor IBM 0,8 procent. Het technologieconcern zou duizenden banen willen schrappen, voornamelijk in Noord-Amerika. Deere won 1 procent na het openen van de boeken. De fabrikant van tractoren en ander agrarisch materieel snijdt flink in de uitgaven en investeringen om de impact van de virusuitbraak het hoofd te bieden.
Autoverhuurder Hertz lijkt in steeds zwaarder weer te raken. Schuldeisers hebben het niet eens kunnen worden met het bedrijf over uitstel van betaling, meldt persbureau Bloomberg op basis van ingewijden. Hertz werd in de openingsminuten 3,2 procent minder waard.