Crisis vormt bedreiging voor EU en euro
De coronacrisis vraagt om internationale solidariteit en empathie. Maar op termijn zou ze het einde kunnen inluiden van de Europese Unie en de gemeenschappelijke munt.
Amper tien jaar na de eurocrisis staan landen in Europa weer als kemphanen tegenover elkaar. En net als toen loopt er een breuklijn tussen de spreekwoordelijke ‘boekhouders’ in het noorden en de ‘drinkebroers’ in het zuiden. Alle landen in Europa kampen momenteel met hetzelfde probleem –en zijn in dat opzicht één– maar er zijn grote verschillen in aanpak en in beschikbare financiële reserves.
Harde, zakelijke woorden klinken in deze tijd vanzelf extra hardvochtig, omdat er veel menselijke slachtoffers te betreuren zijn door externe omstandigheden. Daardoor lopen onmacht en overmacht dwars door elkaar heen. Zuid-Europa dreigt niet te bezwijken onder de eigen schuldenlast –althans niet rechtstreeks– maar krijgt nu een allerlaatste zetje. Het coronavirus is als de windvlaag die je aan het wankelen brengt op een lange weg langs de afgrond.
Italië is extra zwaar getroffen, maar maakt zich tegelijk schuldig aan een vorm van morele chantage die verhult dat het land zich al diep in een economisch moeras bevond op het moment dat de pandemie een feit was. De EU kan het zich niet permitteren om deze lidstaat failliet te laten gaan zonder zichzelf te gronde te richten. In 2012, toen Griekenland in problemen verkeerde, bood een zogeheten grexit een mogelijke uitweg, maar de economie van Italië is te groot en te veel verstrengeld met het bancaire systeem om nu aan een soortgelijke optie te denken.
Deze crisis legt weeffouten bloot in de EU, zet extra vraagtekens bij de keuze voor een gemeenschappelijke munt en scherpt onderlinge tegenstellingen aan. Van een verenigd Europa is straks geen sprake meer, hooguit van een verstandshuwelijk of een gewapende vrede. Op straat houden we anderhalve meter afstand, maar de afstand tussen noord en zuid is onoverbrugbaar en zal een volgende crisis waarschijnlijk niet overleven. Straks resteert van de EU slechts een militair verbond of een vrijhandelszone.
Het heeft geen zin om probleemlanden een blanco cheque te geven of een vrijbrief voor het maken van nog meer schulden. Hoe zwaar de huidige gezondheidscrisis ook is, het gaat uiteindelijk niet om gedeelde smart, maar om een herverdeling van de welvaart op het moment dat elk betrokken land zelf voor grote financiële uitdagingen komt te staan. In metaforische zin staat het huis van buren verderop in de straat in brand, maar het zijn wel buren die het geld over de balk smeten terwijl jij al die tijd braaf aan het aflossen was.
In deze zware crisis is het niet meer dan menselijk om probleemlanden een reddingsboei toe te werpen, zolang maar niet uit het oog wordt verloren dat een drenkeling je soms bij de enkels pakt en mee de diepte in sleurt.
Voor het zuiden is de coronacrisis een buitenkans om het stabiliteitspact op te heffen en oude politieke wensen te verzilveren. Wellicht is dat in de huidige situatie onvermijdelijk, maar op termijn zal het een tragische en dure vergissing blijken te zijn die de EU splijt of opdeelt langs de hierboven gesignaleerde geografische breuklijnen.
De auteur is publicist. Reageren? hormann@refdag.nl