Coalitie voor hulp boeren derde wereld
Dertig agrarische, commerciële, wetenschappelijke en humanitaire organisaties hebben de handen ineengeslagen om agrarische producentenorganisaties in ontwikkelingslanden op te zetten of hun positie te verstevigen. Het versterken van de landbouw is een wapen in de strijd tegen de armoede.
Een commissie onder leiding van LTO–voorzitter Doornbos heeft de afgelopen maanden in opdracht van minister Van Ardenne van Ontwikkelingssamenwerking de coalitie onderzocht. De bewindsvrouw toonde zich dinsdag bij de presentatie van het rapport van de commissie–Doornbos zeer tevreden dat niet alleen het animo onder verschillende organisaties geïnventariseerd is, maar ook concreet een stuurgroep is opgericht om de gezamenlijke ontwikkelingshulp op te pakken.
Onder meer landbouworganisatie LTO, Rabobank, Solidaridad en Wageningen Universiteit en Researchcentrum zorgen als deelnemers er volgens Doornbos en Van Ardenne voor dat de coalitie een breed maatschappelijk draagvlak heeft.
Van alle boeren in de wereld woont 95 procent in ontwikkelingslanden. Daarbij is 75 tot 80 procent van de mensen in deze landen afhankelijk van de landbouw. Een florerende landbouw kan hierdoor tot minder armoede en honger in de derdewereldlanden leiden. De Nederlandse coalitie, die wat Doornbos betreft verder kan groeien, wil boerenorganisaties verstevigen, zodat zij bijvoorbeeld een betere toegang krijgen tot de internationale markt.
Een initiatiefgroep met daarin vertegenwoordigers van Agriterra, ICCO, Rabobank, SNV, Solidaridad en de Wageningse Universiteit zal de komende maanden verder uitwerken hoe de boeren in ontwikkelingslanden geholpen kunnen worden. In 2005 moeten de eerste projecten beginnen.
Doornbos benadrukt dat het niet de bedoeling is een compleet nieuwe organisatie op te zetten. Het gaat om samenwerking van bestaande organisaties.