De Vries vindt de bewoordingen van Dresscher, die het ook nog heeft over de „beunhazen in de Haagse Hoftoren" (het ministerie van Onderwijs) „niet getuigen van fatsoen en respect". De zinsneden staan in een toespraak van Dresscher die hij woensdag uitspreekt ter gelegenheid van het begin van het nieuwe schooljaar. Met onderwijswoordvoerders van de regeringsfracties zou hij vervolgens debatteren tijdens een vlucht met een luchtballon. VVD en D66 zouden om andere reden al niet van de partij zijn.

„Ik had graag letterlijk en figuurlijk op hoog niveau gediscussieerd", zegt De Vries, „maar voor dit niveau lenen wij ons niet. Als de bond met beledigende taal de leden wil oproepen tot protestacties, krijgen ze daar niet mijn hulp voor."

Een woordvoerder van de AOb verbaast zich erover dat De Vries zich zo persoonlijk aangesproken voelt. De rede is gericht tegen het kabinet en onderwijsminister Van der Hoeven, en niet tegen de Tweede Kamer. Bovendien is het woord ’leugens’ op zijn plaats, meent de bond, als het kabinet beloftes over meer werk in het onderwijs niet nakomt. Dresscher gaat nu op hoog niveau in gesprek met jonge leraren over de vraag of de AOb wel goed voor hun belangen opkomt. Met De Vries wil de bond gaan praten om de lucht weer te klaren.