Westland steunt wonen bij kassen
De gemeente Westland heeft maandag tijdens een rechtszitting de Raad van State ervan proberen te overtuigen dat een recente beslissing van de provincie Zuid-Holland zal leiden tot een sociaal drama bij honderden glastuinders die met hun bedrijf zijn gestopt of van plan zijn dat te doen.
De hoogste bestuursrechtbank behandelde maandag de eerste vijftien rechtszaken van glastuinders die hun bedrijf hebben verkocht en daardoor, als het aan de provincie ligt, uit hun huis worden gezet. In alle vijftien zaken trekt de gemeente als procespartij op met de tuinders.
De betrokken glastuinbouwbedrijven zijn met een omvang van 1 hectare te klein om te overleven. Deze tuinders bieden hun bedrijven aan omwonende collega’s te koop aan, die daardoor kunnen uitbreiden tot een levensvatbare omvang van 2 tot 3 hectare of meer. De kopende tuinders hebben allemaal al een bedrijfswoning en zijn alleen geïnteresseerd in de glasopstanden. De verkopers willen in hun voormalige bedrijfswoning blijven wonen of hun huis apart verkopen aan burgers. Daarvoor is het nodig dat de gemeente de bestemming van de woning verandert van een bedrijfswoning in een gewone woning. Westland heeft dit gedaan, maar de provincie heeft hier voor het eerst een stokje voor gestoken.
De vijftien bedrijfswoningen waar het maandag bij de Raad van State om ging, staan namelijk allemaal op minder dan 25 meter van glasopstanden. Het provinciebestuur wil in verband met het gebruik van bestrijdings- en ontsmettingsmiddelen in de kassen niet toestaan dat op zo’n afstand burgers wonen. De verkopende tuinders zijn burgers geworden omdat ze geen bedrijf meer hebben, redeneert de provincie.
Dat de tuinders in het volgebouwde Westland hun hele leven naast hun eigen kassen gewoond hebben, maakt niet uit, zei provinciewoordvoerster Y. Vermeulen maandag bij de Raad van State. Zij kunnen hun woning verkopen aan derden en dan ontstaan er „nieuwe kwetsbare volksgezondheidssituaties” waar de provincie juist van af wil.
De Raad van State vroeg zich maandag af waarom de provincie strenger is dan de rijksoverheid. Staatssecretaris Van Geel vindt volgens de gemeente Westland in bestaande situaties een afstand van 10 meter tot omliggende kassenbedrijven voldoende. De eis van 25 meter zou alleen voor nieuwbouw gelden.
Provinciewoordvoerder Vermeulen wees erop dat Van Geel nader onderzoek heeft bevolen naar de werking van bestrijdingsmiddelen en naar de minimaal in acht te nemen woonafstand. „Dat doet hij niet voor niets.” De Raad van State beslist binnen enkele weken.