Raad van State tikt Amsterdam op vingers over vakantieverhuur
Een vrouw in Amsterdam die door de gemeente was beboet voor het verhuren van haar huis via Airbnb zonder dat ze dit vooraf had gemeld, hoeft de boete van 6000 euro niet te betalen. Dat volgt uit een uitspraak van de Raad van State. De vrouw had haar huis in 2018 vijf dagen verhuurd aan Amerikaanse toeristen. Ze had de boete eerder al voorgelegd aan de rechtbank, maar had daar ongelijk gekregen.
De zaak draait om een paragraaf in de huisvestingsverordening van Amsterdam. Daarin staat dat Amsterdammers geen vergunning hoeven aan te vragen voor het verhuren van hun woning als ze aan een aantal voorwaarden voldoen - zoals een meldplicht. Maar deze mogelijkheid is in strijd met de Huisvestingswet, zegt de Raad van State. De gemeente is helemaal niet bevoegd om vrijstelling te verlenen van de wettelijke vergunningplicht. Van die optie kan niemand meer gebruik maken.
Amsterdam mag boetes blijven opleggen aan inwoners die zonder vergunning hun huis verhuren aan toeristen, maar moet daarvoor wel aanvullende regels opnemen in de gemeentelijke huisvestingsverordening.
Wethouder Laurens Ivens (Wonen) is blij met de uitspraak, omdat die een verbod op vakantieverhuur lijkt in te houden, zo laat hij via zijn woordvoerster weten. „Amsterdam knokt al jaren tegen de explosieve groei van vakantieverhuur en ziet deze uitspraak als een belangrijke kans. De Raad van State stelt dat in alle steden waar een schaarste aan woningen is, elke nacht verhuur verboden is, tenzij hiervoor een vergunning is afgegeven.” Door strenge voorwaarden te koppelen aan zo’n vergunning, heeft de gemeente een instrument in handen om de toeristische verhuur in te dammen, voegt de woordvoerster toe.