Het CDA wil met zijn woensdag uitgebrachte rapport ’Investeren in duurzame ontwikkeling’ een eerste stap zetten naar die concrete plannen. Aan de hand van de onderwerpen economie en energie, verkeer, ruimte en landbouw, en ontwikkelingssamenwerking doet de partij daarvoor suggesties.

Hoewel de christen–democraten de verantwoordelijkheid voor gezondheid en een prettige leefomgeving, bijvoorbeeld zonder zwerfvuil, voor een belangrijk deel bij mensen en bedrijven zelf legt, heeft de overheid volgens hun ook een taak milieuvriendelijker leven en ondernemen te stimuleren. „We willen niet met een moralistisch vingertje aan de zijlijn gaan staan", aldus Van Bijsterveldt.

Het uitgangspunt van het CDA is het principe ’de vervuiler betaalt’. Bijvoorbeeld op het gebied van verkeer zou het betalen voor het bezit van de auto, zoals dat nu geregeld is, gaandeweg moeten worden vervangen door betalen voor het gebruik ervan, de kilometerheffing. De overheid moet niet proberen mensen uit de auto te jagen, maar bewust gebruik van de auto stimuleren.

Schoner of milieuvriendelijker is echter niet altijd de goedkoopste optie. De overheid zou in dat soort gevallen een helpende hand moeten bieden. Als voorbeeld wordt de biologische landbouw genoemd, waarvan de producten nog te vaak in de schappen blijven liggen door het net iets duurdere prijskaartje. „Met fiscale maatregelen zoals een lager BTW–tarief of verlaging van de belasting voor bioboeren" zou de overheid de markt voor biologische producten kunnen bevorderen.

De suggesties in het CDA–rapport staan nog niet vast. De komende maanden zullen leden van de partij hun ideeën en kritiek kunnen spuien op de plannen. Dat moet begin volgend jaar leiden tot een manifest, dat later een plek krijgt in het nieuwe verkiezingsprogramma van het CDA.