Cliënt Slachtofferhulp vaak twintiger
Slachtofferhulp Nederland heeft vorig jaar met bijna 172.000 Nederlanders contact gehad vanwege een delict of verkeersongeval. Ruim een op de vijf cliënten was een twintiger, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Bijna 66.000 cliënten, ruim 38 procent, hadden contact met Slachtofferhulp vanwege een vermogensdelict. Iets meer dan 36 procent was slachtoffer van een geweldsdelict, 15 procent had contact met Slachtofferhulp na een verkeersongeval en 4 procent vanwege een zedendelict.
Opgedeeld naar leeftijdscategoriën valt op dat twintigers veel te maken hebben met geweldsincidenten. Iets meer dan een kwart van de cliënten die contact hadden met Slachtofferhulp vanwege een geweldsdelict, was een twintiger. Ook hebben twintigers naar verhouding veel te maken met zedenmisdrijven. Een kwart van de cliënten die vanwege een zedenmisdrijf contact had met Slachtofferhulp, is tussen de twintig en dertig jaar.
Mensen vanaf vijftig jaar kwamen juist in contact met Slachtofferhulp vanwege vermogensdelicten. Van alle vermogensdelicten zit 45 procent van de aangemelde cliënten in deze leeftijdscategorie, aldus het CBS.
Slachtofferhulp ziet het minst vaak tieners en 65-plussers. Maar onder slachtoffers van zedenmisdrijven komen wel veel tieners voor als cliënt: van de cliënten van Slachtofferhulp met wie wegens zedenmisdrijven contact ontstond, is 43 procent tussen tien en twintig jaar.
Verder blijkt Slachtofferhulp vaker mannen (54 procent) dan vrouwen te zien. Mannen hebben vaker contact vanwege verkeersongevallen en vermogens- en geweldsdelicten. Alleen bij zedenmisdrijven zijn vrouwen vaker cliënt; vrouwen komen daarvoor zeven keer zo vaak bij Slachtofferhulp als mannen.