Rechter mag toch niet oordelen in NAVO-ruzie
De Nederlandse rechter mag niet inhoudelijk oordelen over een groot zakelijk geschil tussen de NAVO en Supreme Fuels, die brandstof leverde aan de troepen in Afghanistan. Het gerechtshof in Den Bosch heeft dinsdag bepaald dat aan de NAVO-onderdelen SHAPE in België en JFCB in Brunssum absolute immuniteit toekomt. Eerder oordeelde de rechtbank in Maastricht dat de ruzie - die draait om meer dan 150 miljoen euro - wel aan de Nederlandse rechter kan worden voorgelegd.
Zowel de rechtbank als het hof meent dat de NAVO in beginsel onschendbaar is - zodat een rechter zich niet over een conflict mag buigen. Maar de rechtbank vond dat dit in sommige gevallen - ook in deze kwestie - toch moet kunnen op grond van het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens, waarin staat dat iedereen recht heeft op een eerlijk proces voor een onafhankelijke rechter. Het hof meent echter op basis van uitspraken van hogere (internationale) rechters dat de immuniteit wél absoluut is.
Volgens het hof kunnen de ruziënde partijen een commissie instellen die een beslissing neemt. Die kunnen ze dan laten toetsen door een rechter.
In het conflict eisen Supreme en de NAVO over en weer geld van elkaar.