IJssel bij Arnhem wordt beter bevaarbaar
De IJssel tussen Arnhem en Giesbeek krijgt meer ruimte. Dat maakt de rivier beter bevaarbaar bij zeer lage waterstanden. De IJssel is een hoofdcorridor voor de binnenvaart tussen West- en Oost-Nederland en het Duitse achterland.
Rijkswaterstaat, Waterschap Rijn en IJssel, Natuurmonumenten en overheden hebben jarenlang gewerkt aan een plan voor een Rivierklimaatpark rond het bijna 16 kilometer lange IJsseltraject. De rivierverruimende maatregelen moeten in 2028 zijn gerealiseerd.
In het gebied tussen de Duitse grens en de snelweg A12 moeten ook de dijken omhoog om extreem hoogwater in de toekomst te kunnen weerstaan. Door het rivierbed te verruimen en een nevengeul aan te leggen bij Westervoort kan de dijkverhoging beperkt blijven, aldus de plannenmakers.
De IJssel splitst zich bij Arnhem af van de Nederrijn. Bij laagwater door droogte zoals in de laatste zomers geldt op de IJssel een passeerverbod voor de binnenvaart.
Aan het gebied rond de IJssel is heel lang niks gedaan, waardoor het volgens de plannenmakers „verrommeld” is. Campings verloederen en de uiterwaarden zijn ontoegankelijk. In het Rivierklimaatpark is veel ruimte voor nieuwe natuur en recreatie. Langs de andere grote rivieren is uiterwaardengebied enorm in trek bij toeristen. De vele landbouwers en bedrijven langs de rivier moeten duurzaam gaan werken.
Bewoners van het gebied en anderen kunnen de komende maanden hun mening geven over het plan. Het is de bedoeling dat het hele Rivierklimaatpark in 2035 klaar is.