Te weinig vrouwen kiezen voor leger
De belangstelling van vrouwen voor een functie binnen de krijgsmacht valt tegen. Staatssecretaris Van der Knaap (Defensie) werkt daarom aan een actieplan om militaire en burgerbanen bij Defensie aantrekkelijker te maken voor vrouwen.
De instroom van vrouwen moet omhoog naar 30 procent, staat in zijn plan, dat met Prinsjesdag openbaar wordt gemaakt.
Een jaar geleden benadrukte de bewindsman voor een gehoor van vrouwelijke officieren van de Koninklijke Militaire Academie (KMA) dat hij nog steeds vasthield aan 12 procent vrouwelijke militairen en 30 procent vrouwelijk burgerpersoneel in 2010.
In 2002 lagen die percentages op respectievelijk 8,5 en 22,2. Een jaar later blijkt het aandeel vrouwelijk burgerpersoneel te zijn teruggelopen naar 21,6 procent. Het aantal vrouwelijke militairen steeg miniem naar 8,7 procent.
De instroom van vrouwen lag vorig jaar op 31 procent voor burgerbanen en slechts 11 procent voor militaire posten. Hoe de bewindsman de instroom voor vrouwelijk militair personeel naar 30 procent wil tillen, wilde zijn woordvoerster vrijdag nog niet kwijt. Wel zal de zogeheten ”genderambassadeur”, een functionaris die de positie van vrouwen op de agenda zet, bij ieder krijgsmachtonderdeel een belangrijker rol moeten gaan spelen.
Tevens wil Van der Knaap de vorming van een ”old girls network” stimuleren. Een dergelijk netwerk moet als tegenhanger gaan fungeren van het old boys network, dat vaak als schuldige wordt aangewezen voor de geringe doorstroming van vrouwelijke officieren. Er is bijvoorbeeld nog steeds geen direct zicht op een eerste vrouwelijke generaal, een vurige wens van de staatssecretaris. Vorig jaar op de KMA zei Van der Knaap dat het hoog tijd werd voor de eerste vrouwelijke generaal. Nog „dit decennium” moet ze er komen, zei hij toen.
De staatssecretaris laat onderzoeken of het mogelijk is vrouwelijke toppers uit de overheid of het bedrijfsleven rechtstreeks als topambtenaar, kolonel of generaal aan te stellen op functies die geen specifieke gevechtservaring vergen. Dat kan binnen een moderne krijgsmacht waar de nadruk tijdens crisisbeheersingsoperaties ligt op communicatieve en sociale vaardigheden, stelt de bewindsman.
De hoogste rang voor een vrouw bij de krijgsmacht is op dit moment kolonel. Bij landmacht, luchtmacht, marine en marechaussee zijn alle functies en rangen opengesteld voor vrouwen, behalve de onderzeedienst, het Korps Mariniers en het Korps Commandotroepen. De laatste vanwege de fysieke beperkingen. Aanvankelijk werd ook de Luchtmobiele Brigade te zwaar geacht voor dames. Inmiddels zijn er echter enkele vrouwen met een rode baret.
Het getal van 12 procent is een vondst van oud-staatssecretaris van Defensie Gmelich Meijling. Via allerlei maatregelen als werken in deeltijd en het openen van crèches op kazernes wilde hij vrouwen ’lokken’. Zijn opvolger Van Hoof bouwde dit beleid verder uit.
Het liep niet bepaald storm, zoals ook nu uit de cijfers blijkt. Struikelblok voor veel vrouwen zijn de uitzendingen bij Defensie. Iedere militair loopt tegenwoordig meerdere keren de kans voor drie, vier of zes maanden op missie naar het buitenland te moeten. Voor vrouwen met kinderen geen aantrekkelijk perspectief.