Hoge jurist: Paleizen van koningin terecht belast
De gemeente Den Haag heeft terecht een aanslag voor onroerendezaakbelasting (OZB) voor de paleizen Noordeinde en Huis ten Bosch verstuurd. Dat stelt de advocaat-generaal bij de Hoge Raad.
De jurist concludeert dat een paleis in principe is als elke andere woning of bedrijfspand waarvoor OZB betaald moet worden. De Hoge Raad moet zich nog uitspreken over de zaak.
De conclusie van de advocaat-generaal is een advies aan de Hoge Raad. Vrijdag zei een woordvoerster dat het nog onduidelijk is wanneer de raad uitspraak doet. De staat, die de belasting voor de paleizen zou moeten betalen, ging in cassatie bij de Hoge Raad na een uitspraak van het gerechtshof in Den Haag vorig jaar maart. Dat stelde ook al dat de belastingaanslag mocht.
Den Haag bepaalde voor deze belastingaanslag de WOZ-waarde van paleis Noordeinde op ruim 18 miljoen euro en die van Huis ten Bosch op 7,5 miljoen euro. Volgens de huidige OZB-tarieven van Den Haag zou de aanslag neerkomen op bijna 75.000 euro voor Noordeinde en bijna 29.500 euro voor Huis ten Bosch, bij elkaar 104.500 euro.
De staat meent dat de paleizen Noordeinde en Huis ten Bosch niet onder de gewone belastingregels vallen, omdat ze geen economische waarde hebben. De gemeente Den Haag overtuigde de rechter er echter van dat in theorie wel degelijk de mogelijkheid bestaat dat zowel Noordeinde als Huis ten Bosch ooit te koop wordt aangeboden en dat er dan ook werkelijk kopers voor te vinden zouden zijn.
De gemeente Baarn, die paleis Soestdijk en kasteel Drakenstein binnen de grenzen heeft, wil niet zeggen of ook zij OZB-aanslagen gaat sturen. Baarn wacht de uitspraak van de Hoge Raad af.
De gemeente Apeldoorn heft al jaren OZB op Paleis het Loo. Volgens een woordvoerder is dat „niets geks, aangezien er ook mensen wonen.” Hoeveel de OZB bedraagt, wilde hij uit privacyoverwegingen niet zeggen.