Verdachten moord Lelystad wijzen naar elkaar
De twee mannen die worden verdacht van de roofmoord op een 72-jarige man in april in Lelystad, wijzen elkaar aan als dader. De 48-jarige Jan van K. en de 35-jarige Michael B. erkennen beiden in de flat van het slachtoffer te zijn geweest, maar hebben verschillende lezingen over wat daar precies is gebeurd.
Het slachtoffer en de twee verdachten kenden elkaar als tbs-gestelden vanuit de Oostvaarderskliniek voor tbs in Almere. De mannen hebben volgens het Openbaar Ministerie onder meer veel geld gestolen van het slachtoffer, een oud-tbs’er.
Van K. heeft verklaard dat de twee mannen op bezoek bij de Lelystedeling waren en daar ook hebben gegeten. B. zou een poeder in het drinken van de oude man hebben gedaan. Na het eten zou ruzie en een gevecht zijn ontstaan. Daarbij zou het slachtoffer naar een schaar hebben gegrepen, die door B. werd afgepakt en doormidden gebroken. Volgens Van K. heeft B. de man daarna met een lint gewurgd.
B. noemde de verklaring „bullshit” en wijst juist naar Van K. Die zou agressief zijn geweest en hebben gezegd dat hij „in staat was om iemand van zijn fiets te trekken of de buurman neer te steken vanwege kabaal”.
De officier van justitie benadrukte dat de medicijnen waarmee B. de man zou hebben gedrogeerd, afkomstig waren van Van K. Diens bewering dat hij te dronken was om een wezenlijk aandeel in de roofmoord te hebben, noemde ze ongeloofwaardig omdat hij wel tot in detail heeft verklaard.
De raadsvrouw van Van K. vroeg om hem in afwachting van het inhoudelijke proces op vrije voeten te stellen, omdat hij alleen getuige en geen medeplichtige zou zijn. De rechtbank ging daar niet in mee; beide verdachten blijven vastzitten.
Eerder is al besloten dat de verdachten tegelijkertijd worden opgenomen in het Pieter Baan Centrum, om te onderzoeken hoe de relatie tussen de twee precies is.
De volgende eveneens inleidende zitting is op 18 september.