De maatregel is al aangekondigd in het regeerakkoord van Balkenende I, opnieuw bekrachtigd in het hoofdlijnenakkoord van Balkenende II en goedgekeurd door het kabinet in april dit jaar. Het kabinet hoopt hiermee de zogenoemde armoedeval mee aan te pakken.

Die treedt op als mensen met een uitkering een baan aanvaarden, maar er daarbij financieel niet of nauwelijks op vooruitgaan omdat ze allerlei voordeeltjes missen.

Bovendien doet de manier waarop steeds meer gemeenten met de Zalmsnip omgaan afbreuk aan het inkomensbeleid van het kabinet, zo staat in de toelichting op het wetsvoorstel. Het verdwijnen van de Zalmsnip valt samen met de afschaffing van de onroerendzaakbelasting (OZB).

Bijna 80 procent van de gemeenten heeft de Zalmsnip vorig jaar in zijn geheel uitgekeerd, 16 procent gebruikte de uitkering als een methode om inkomenspolitiek te bedrijven naar Leids voorbeeld. Het percentage gemeenten dat meer dan 45,38 euro uitkeert bedraagt 6.

Met de afschaffing van de Zalmsnip bespaart het kabinet 325 miljoen euro. Afschaffen van de OZB gaat ten koste van de gemeentebegrotingen.