„Maak als hulporganisaties samen een vuist tegen mensenhandel”
Mensenhandel is een geraffineerde, grensoverschrijdende business. Hulporganisaties voor Oost-Europa moeten samenwerken om dit grote kwaad van moderne vormen van slavernij effectief te bestrijden. „Stop de mensenhandel voordat die begint, preventie is de beste bestrijdingsmethode.”
Dit betoogde Galina Chetroy vrijdagmiddag op de bijeenkomst van het Christelijk Platform Oost-Europa (CPOE). CPOE is een onderdeel van Prisma, een samenwerkingverband van zo’n dertig Oost-Europa hulporganisaties.
Binnen CPOE leeft de overtuiging dat de bestrijding van mensenhandel effectief wordt wanneer Oost- Europa-organisaties onderling samenwerken. Goede contacten met de politiek in zowel Nederland als in Oost-Europa zijn eveneens nodig. Daarom is een speciale werkgroep ”Mensenhandel” opgericht waarin vertegenwoordigers van het Leger des Heils, International Justice Mission en Dorcas International samenwerken.
Galina Chetroy, verbindingsofficier met een speciale opdracht voor bestrijding van mensenhandel bij het Leger des Heils in de republiek Moldavië, zette vrijdagmiddag nog eens een dikke streep onder de noodzaak van samenwerking. Verwijzend naar het thema ”Stop mensenhandel voordat die begint” wees zij op het belang van preventie. „Het voorkomen van mensenhandel is goedkoper en voorkomt traumatische ervaringen bij slachtoffers, meestal vrouwen en meisjes in armoedige omstandigheden.”
Volgens Chetroy is de vaak gehoorde opmerking dat „ik in mijn eentje tegen zo’n nietsontziende maffiabende toch machteloos sta” niet waar. „Wie één leven uit een poel van verderf redt, behaalt al een enorme overwinning.” Chetroy ontkent niet dat een eenling meestal weinig kan uitrichten. Slachtoffers van mensenhandel zijn vaak verstrikt geraakt in een wirwar aan ingewikkelde zaken. „Om die reden moeten onze organisaties vooral samenwerken en ook internationaal kennis delen.”
Staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) wees op het regeerakkoord waarin een alinea over bestrijding van mensenhandel is opgenomen. Hij vertelde hoe hij vanuit een diepe verontwaardiging al tijdens zijn wethouderschap (voor de ChristenUnie) in Apeldoorn optrad tegen loverboys en vormen van seksslavernij. Destijds werd hij soms weggehoond. Gaandeweg kregen ook andere partijen, zoals bijvoorbeeld GroenLinks, meer aandacht voor de kwalijke kanten van de seksindustrie waarin kwetsbare vrouwen worden uitgebuit.
De staatssecretaris riep op tot samenwerking en vooral niet te gaan concurreren of enkel op eigen projecten te focussen. „Daardoor kunnen slachtoffers tussen de wal en het schip terechtkomen.” Het kabinet trok 12 miljoen euro uit voor mensenhandelbestrijding, maar dat bedrag wordt uitgesmeerd over meerdere jaren.
Tijdens de discussie met de zaal werd Blokhuis gevraagd waarom het lijkt dat in Nederland daders van mensenhandel veel wettelijke bescherming genieten terwijl slachtoffers vaak moeilijkheden ondervinden om het misbruik en de intimidatie aan te tonen. Blokhuis beloofde de problematiek te bespreken met collegabewindslieden.
Tamme de Leur, bestuurslid van het MetaStory Instituut, vindt dat de politiek oog heeft voor het bestrijden van mensenhandel, maar dat er desondanks nog veel te doen valt. „Als er jaarlijks 1000 tot 1200 gevallen van mensenhandel worden gemeld, betekent dat er in nog altijd zo’n 6000 schrijnende gevallen zijn.”