Binnenland

Zo min mogelijk vogels in de netten

Met de Wet natuurbescherming zijn vissers niet altijd blij. Dat beseft Albert Fopma van de provincie Flevoland terdege. „Maar ze snappen het wel. Als ze verstrikte vogels uit hun netten moeten halen, hebben ze immers meer werk.”

Jan Kas
25 February 2019 16:01Gewijzigd op 16 November 2020 15:22
IJsselmeervissers die staande netten gebruiken moeten voldoen aan de Visserijwet, die de visquota regelt, en een wet waarmee vogels worden beschermd. beeld Niek Stam
IJsselmeervissers die staande netten gebruiken moeten voldoen aan de Visserijwet, die de visquota regelt, en een wet waarmee vogels worden beschermd. beeld Niek Stam

Uit Urk komen de meeste beroepsvissers met zogenoemde staande netten in het IJsselmeer, het Markermeer en het IJmeer. „Volendam is een goede tweede”, zegt adviseur natuurbescherming Fopma. In totaal gaat het om zo’n dertig schepen. „Uit Harderwijk zit er ook één bij, en uit Genemuiden.”

Twee vergunningen hebben deze vissers nodig. Eén van het ministerie op basis van de Visserijwet, die de visquota regelt, en met hoeveel netten er gevist mag worden. En één via de provincie, die verantwoordelijk is voor de naleving van de Wet natuurbescherming.

Flevoland staat niet toe dat er gevist wordt in gebieden waar de beschermde houting voorkomt. Verder is de Wet natuurbescherming vooral gericht op het welzijn van vogels. De staande netten mogen niet worden gebruikt in ondiep water, tot 50 meter vanuit de oever en op plaatsen met grote vogelconcentraties (meer dan 200 vogels tegelijk).

Anders dan sleepnetten en fuiken, waarvoor de provinciale vergunning niet vereist is, hebben staande netten het nadeel dat vogels erin vast kunnen komen te zitten. „Duikeenden, futen, aalscholvers, grote zaagbekken”, somt Fopma op. Duikende watervogels die vis eten lopen, door hun wijze van voedsel zoeken, het meeste risico dat ze verdrinken in de netten. Ze achtervolgen hun prooi onder water.

Kritisch

Daarnaast kunnen staande netten een negatief effect hebben op de visstand. „Een instantie zoals Vogelbescherming kijkt daarom kritisch mee. Als er te veel kleine vis wordt bijgevangen, is dat slecht voor de visdief en de stern, die daardoor voedsel wordt ontnomen.”

Flevoland coördineert de vergunningverlening ook voor Friesland en Noord-Holland. Dit jaar heeft de provincie voor het eerst een overkoepelende vergunning afgegeven, aan de ”coöperatieve producentenorganisatie” van de Nederlandse Vissersbond voor het IJsselmeer. Fopma: „Voordeel voor de vissers is dat ze zelf de administratieve lasten niet meer hebben. Ze hoeven slechts een formulier in te vullen dat ze instemmen met de regels om van die vergunning gebruik te kunnen maken. Ook de provincie scheelt het veel rompslomp.”

Moeilijk te verkopen

Fopma weet dat vissers liever geen nieuwe beperkingen opgelegd krijgen. „Onze vergunning was vroeger ruimer. De Visserijwet vinden ze logischer dan de Wet natuurbescherming. Het is soms aan iemand die van jongs af op het water zit en weet waar de meeste vis te vinden is, ook moeilijk te verkopen dat een gebied gesloten wordt verklaard omdat er ook veel vogels zijn. We constateren geregeld een overtreding. Maar de visserij is een eerlijke sector. Vissers weten wel dat er vogels in de netten kunnen komen, en dat hebben ze ook liever niet.”

Flevoland is niet te beroerd om met de vissers mee te denken. In het provinciehuis in Lelystad wordt een app ontwikkeld, die in juni met het nieuwe visseizoen beschikbaar moet zijn. Een visser in de buurt van de mosselbanken bij IJburg kan dan op een digitale kaart op zijn mobiele telefoon zien of hij ter plekke wel of niet zijn netten mag plaatsen.

„Bij die mosselbanken wemelt het altijd van de vogels”, legt Fopma uit. „In de vergunningsregels is daarom opgenomen dat er op en rondom die mosselbanken niet gevist mag worden. De bijgevoegde kaart geeft een heel groot deel van het IJmeer als gesloten gebied aan. We merkten dat vissers ”rondom” heel letterlijk opvatten: alleen niet bij de mosselbanken, verder weg mag wel. Dat moet het komende jaar beter. We gaan ervoor zorgen dat klip-en-klaar is waar niet gevist mag worden, ook rekening houdend met de wens van de vissers om niet dat hele gebied af te sluiten. Waar de kans op bijvangst van vogels gering is, verruimen we de mogelijkheden.”

Vleermuis, gierzwaluw, steenuil

De Wet natuurbescherming regelt de bescherming van natuurgebieden en kwetsbare planten en dieren. Voor werkzaamheden in of vlak bij natuurgebieden, het aanpakken van overlast door beschermde dieren of het saneren van een asbestdak, moeten ontheffingen en vergunningen worden aangevraagd bij de provincie.

Onder meer vleermuizen, gierzwaluwen en steenuilen worden met de wet beschermd. Soms zijn er eenvoudige maatregelen mogelijk. Voor gierzwaluwen voldoen enkele speciale dakpannen, voor de rugstreeppad kunnen poelen worden aangelegd.

In de wet staat ook dat nieuwe economische activiteiten of uitbreidingen van bestaande activiteiten moeten worden getoetst op hun effect op natuurgebieden. Onder meer wordt er gelet op de hoeveelheid stikstof.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer