Hof Den Haag buigt zich over schone lucht
De juridische strijd om schone lucht gaat maandag verder voor het gerechtshof in Den Haag. Daar dient het hoger beroep dat Milieudefensie heeft ingesteld tegen de Staat. De milieuclub wil dat Nederland zich houdt aan de Europese wet, het mensenrecht op gezondheid respecteert en geen nieuwe maatregelen neemt die schadelijk zijn voor mens en milieu. In december 2017 verloor de milieubeweging de bodemprocedure, die in mei 2016 in gang was gezet.
De rechter vond het probleem te complex om het de Staat te verwijten dat nog niet is voldaan aan de Europese luchtkwaliteitsnormen. De eisers hadden volgens de rechter ook duidelijker moeten bewijzen dat de maatregelen niet voldoen en welke concrete schade daardoor is ontstaan. Milieudefensie stapte naar het hof.
Tussentijds werden er diverse kort gedingen gevoerd over de kwestie, waarvan de eisers er in september 2017 een wonnen. De rechter bepaalde toen dat de Staat de knelpunten in kaart zou brengen, snel moest gaan voldoen aan de Europese wet en geen nieuwe maatregelen mocht treffen die tot nieuwe overschrijdingen kon leiden. De Staat gaf aan de eerste twee eisen te zullen uitvoeren maar ging in beroep tegen de derde eis. In mei 2018 verloor Milieudefensie het beroep over deze derde eis.
Deze kwestie staat los van de rechtszaak die duurzaamheidsorganisatie Urgenda tegen de Staat voert voor meer maatregelen om de uitstoot van CO2 tegen te gaan. Urgenda won daarover twee rechtszaken, in 2015 en in november 2018. De Staat is naar de Hoge Raad gestapt.