Cgk Aarlanderveen was bijna eeuw vacant
”Vertrouwt op God”, staat er op een boerderij aan het begin van het lange lint dat Aarlanderveen heet. Ergens tussen al die huizen en boerderijen die alleen via bruggetjes bereikbaar zijn, staat de Gedachteniskerk.
De christelijke gereformeerde kerk nam het gebouw op 29 april 1970 in gebruik. Voordien stond op dezelfde plaats een houten kerk. „Met een grote potkachel. Als zelfs die het niet warm kreeg, hielden we dienst in de consistoriekamer”, zegt ouderling J. van den Bosch.
Samen met de andere ouderling, A. J. L. Vermeulen, leidt hij rond in het huidige kerkgebouw. Ze wijzen op een paar gaten in de grond: „De voorste bank hebben we in 2000 weggehaald, één zijbank in 2005.” Nadat het ledental in 1989 naar een hoogtepunt –173– steeg, daalde het later tot rond de 70. „Gelukkig zijn er vorig jaar drie kinderen gedoopt, terwijl we een aantal jaren geen doopdienst hadden gehad. Belijdeniscatechisanten hadden we ook al enkele jaren niet meer; nu zijn er twee.”
Het orgel, gebouwd in 1765, komt uit een kerk in Kamerik en is al sinds 1898 in gebruik. „Het is uitgebreid toen we de huidige kerk bouwden”, zegt Van den Bosch. „Mijn broer en zus waren voordien organist. Ze klommen óp het orgel. Ik stond op de galerij en zorgde met twee handbomen voor de windvoorziening.”
Nu is de speeltafel op galerijhoogte, achter het orgel langs slechts bereikbaar voor organisten die niet al te dik zijn.
Er is een zondagsschool en er zijn vijf verenigingen. Vrijwel de hele gemeente doet eraan mee. Ze hebben ook een bovenzaaltje tot hun beschikking.
Doleantiegemeente
Aarlanderveen is een streekgemeente, meer dan vroeger. „Toen woonden de meeste gezinnen hier in het dorp, nu nog maar één.” A. Rodenburg was 47 jaar ouderling, jarenlang de enige die de gemeente had. Hij las vaak bevindelijke preken van buiten het kerkverband, omdat hij het niet altijd eens was met de preken uit eigen kring.
„Vroeger beriepen we samen met Nieuwkoop”, zegt Vermeulen. „Later groeiden de gemeenten wat uit elkaar. Wij nemen in het kerkverband nu een middenpositie in. Hoewel, als er moeilijke kwesties zijn, staan we aan de behoudende kant.”
Ds. J. Wisse institueerde de gemeente op 13 december 1893. Een jaar eerder waren landelijk de Christelijke Gereformeerde Kerk en de dolerende gemeenten samengegaan in de Gereformeerde Kerk. Een klein groepje bleef christelijk gereformeerd, maar het breidde zich in de volgende jaren snel uit. Meestal met vroegere christelijke gereformeerden. In Aarlanderveen komt de gemeente echter uit de Doleantie voort.
In de jaren daarna ontstond grote verdeeldheid, onder meer over de prediking. In 1892 kwam kandidaat M. H. A. van der Valk naar Aarlanderveen. Hij werd vanwege bezwaren tegen zijn levenswandel niet bevestigd. Dat was voor de bezwaarden de druppel die de emmer deed overlopen: ze stichtten een christelijke gereformeerde kerk. Toen de kandidaat ook in dit kerkverband niet tot het predikambt werd toegelaten, vertrok hij.
Derde herdenkingsboek
Nadat ds. G. Bos (1894-1897) en ds. G. Klumper (1898-1900) in Aarlanderveen stonden, was de gemeente bijna een eeuw vacant. Daarna diende ds. J. Bos er (1996-2000). Nu is de gemeente te klein om te beroepen. Ds. G. van ’t Spijker verzorgde in de jaren 2003-2014 het pastoraat en ds. C. Westerink komt sinds 2014 elke woensdagmiddag en -avond naar het polderdorp.
Zo klein als de gemeente is, het weerhoudt haar er niet van tijdens de herdenkingsdienst op 16 december haar derde jubileumboek te presenteren: ”125 – Gedachteniskerk – De Heere is onzer gedachtig geweest.” Die tekst staat op de eerste steen die in 1969 werd ingemetseld.
Van Kooten geen lerend ouderling
Najaar 1946 preekte H. van Kooten in Aarlanderveen. Tijdens een ledenvergadering na de dienst stelde de kerkenraad voor hem te beroepen tot lerend ouderling. Van Kooten was in de jaren 1943-1946 predikant geweest van de Filadelfiagemeenten in Culemborg en Woerden. Consulent ds. W. Baaij stelde dat hij eerst een halfjaar lid moest zijn. Daarna kon de gemeente hem tot ouderling kiezen en zou de classis hem onderzoeken.
De voorzitter van de kerkenraad wilde dat de gemeente zo nodig uit het kerkverband zou stappen. Daarin gingen de leden niet mee; Van Kooten kon alleen komen onder de gestelde voorwaarden. Daar ging hij niet op in. Later werd hij in twee andere kerkverbanden predikant.