Hof: Geen strafzaak tegen tabaksindustrie
Het Openbaar Ministerie (OM) hoeft geen strafrechtelijke vervolging in te stellen tegen de tabaksindustrie. Het gerechtshof in Den Haag heeft dat donderdag bepaald. Zolang de tabaksproducenten zich houden aan de nationale en Europese regels, kan niet gesteld worden dat hun sigaretten illegale producten zijn en is er ook geen sprake van strafbaar gedrag, aldus het hof.
Advocate Bénédicte Ficq deed in 2016 namens longkankerpatiënte Annemarie van Veen en een aantal maatschappelijke organisaties aangifte van zware mishandeling (die de dood tot gevolg heeft) en valsheid in geschrifte tegen de vier grootste tabaksproducenten in Nederland. De tabaksindustrie heeft volgens de klagers sigaretten bewust verslavend gemaakt.
Begin dit jaar had het OM zelf al besloten de aangifte niet voor de rechter te brengen, omdat het geen grond zag voor een kansrijke vervolging. Daarop spande Ficq bij het hof een zogeheten artikel 12-procedure aan om alsnog vervolging af te dwingen. Dat wijst de klacht nu af.
Het feit dat sigaretten verslavend kunnen zijn en gezondheidsrisico’s opleveren, betekent volgens het gerechtshof evenmin dat er sprake is van strafbaar gedrag. Klagers hadden onder meer hun beklag gedaan over ‘sjoemelsigaretten’. Ze menen dat de tabaksproducenten de uitkomsten van de rookmachine hadden gemanipuleerd, waardoor het leek alsof de sigaret minder schadelijk was.
Maar het hof wijst erop dat het gebruik van ‘ventilatiegaatjes’ in het filter van de sigaret en de toevoeging van kankerverwekkende stoffen al lang bekend is bij de Nederlandse overheid en Brussel. Dat was tot nu toe geen aanleiding voor de overheden om de regels voor de productie en het testen van sigaretten aan te scherpen, aldus het hof.
Daarnaast heeft het hof het merendeel van de klagers niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij geen rechtstreeks belanghebbenden zijn.
Er is geen beroep mogelijk tegen de beslissing van het hof.