Omvangrijke smokkel wapens naar Nederland
Jaarlijks worden naar schatting 10.000 tot 15.000 illegale vuurwapens naar Nederland geloodst. Zo’n 80 procent is afkomstig uit de landen Portugal, Duitsland en België. Het resterende deel komt uit de voormalige Oostbloklanden.
Tot deze conclusie komen de onderzoekers A. Spapens en M. Y. Bruinsma van het onderzoeksinstituut IVA van de Universiteit van Tilburg. Zij schreven het rapport in opdracht van het Programma Politie en Wetenschap.
Het onderzoek toont het logistieke proces dat nodig is om vuurwapens illegaal te maken, ze naar Nederland te smokkelen en vervolgens hier te verkopen. Opmerkelijk vinden de onderzoekers vooral de inventiviteit waarmee de illegale wapenhandelaars te werk gaan om aan vuurwapens te komen.
Voor de smokkel van de vuurwapens zijn kleinere en grotere ’importeurs’ verantwoordelijk. De belangrijkere groepen handelen wekelijks in partijen van dertig tot vijftig vuurwapens, die worden verkocht via tussenhandelaren. De kleine smokkelaars vervoeren partijen van vijf tot tien vuurwapens. Zij werken vaak op bestelling en halen een partij wapens op wanneer er kopers voor zijn.
De illegale vuurwapens die in Nederland worden aangetroffen, zijn veelal gemaakt in officiële, legale vuurwapenfabrieken. „De illegale wapenhandelaars blijken uiterst inventief bij het vinden van methoden om wapens in het criminele milieu te laten verdwijnen. Een methode om dit op grote schaal te doen is het zogenoemde zwartwassen. Met behulp van valse papieren worden partijen wapens aan fictieve buitenlandse afnemers geleverd. Die wapens bereiken hun vermeende bestemming echter nooit, maar worden in plaats daarvan illegaal verkocht.”
Een andere belangrijke methode is het inkopen van alarmpistolen om die uiteindelijk om te bouwen tot scherpschietende wapens. Dit gebeurt volgens de onderzoekers op grote schaal. Honderden in Italië gebouwde alarmwapens van het merk Tanfoglio zijn in de afgelopen jaren in Portugal omgebouwd en daarna naar Nederland en andere Europese landen gesmokkeld.
De onderzoekers stellen dat het aantal vuurwapendeskundigen in Nederland te beperkt is. „Er zal op korte termijn nadrukkelijk moeten worden geïnvesteerd in de opleiding van nieuwe vuurwapendeskundigen. Ook het opsporingsonderzoek naar vuurwapensmokkel en -handel komt onvoldoende van de grond. De politie en het openbaar ministerie zien het belang daarvan nog altijd te weinig in”, aldus Spapens en Bruinsma.