Voorstel woningbouw Krimpenerwaard „bom in de polder”
In de Zuid-Hollandse Krimpenerwaard doen plotselinge, omvangrijke bouwvoorstellen van de gelijknamige poldergemeente stof opwaaien. De coalitie raakte er haar krappe meerderheid al door kwijt.
Als een groene lappendeken schurkt de Krimpenerwaard aan tegen de volgebouwde Randstad. Ze bestaat uit twaalf kernen, omzoomd door weidse polders. De grootste kern is de verstedelijkte gemeente Krimpen aan den IJssel (29.000 inwoners) aan de uiterste westkant. De overige kernen, verenigd in de gemeente Krimpenerwaard, liggen slaperig over de rest van de waard verspreid.
De waard ligt, tussen de Lek en de Hollandsche IJssel, veilig afgescheiden van de versteende Rijnmondregio. Een smalle tweebaansbrug over de IJssel, de Algerabrug, ontsluit dit polderlandschap voor onder meer de tienduizenden forenzen die elke dag van en naar de regio Rotterdam reizen. De verkeersdruk zorgt al jaren voor frustratie. De stalen vakwerkbrug uit 1958 verwerkt meer verkeer dan waarop hij theoretisch berekend zou zijn. In 2016 noemde de ANWB hem als vijfde in de filetop 10 op N-wegen. Het bestaande autoveer tussen Krimpen aan de Lek en Kinderdijk (en vervolgens naar de A15), biedt hierbij onvoldoende uitkomst. Bovendien zoekt de regio Rijnmond naar verlichting van de verkeersdruk op de Van Brienenoordbrug.
Een extra brugverbinding tussen Ridderkerk en Krimpen aan de Lek zou hieraan tegemoetkomen. Maar de bouw hiervan kost zo’n 600 miljoen euro. Te veel om zelf op te brengen, stelt de gemeente Krimpenerwaard. Daarom wil ze een forse bijdrage uit het rijksinvesteringsprogramma MIRT lospeuteren. Dat wil mogelijk tot 75 procent van het bedrag financieren.
Volbouwen
Het Rijk hanteert echter criteria hiervoor. Onder meer moet een nieuwe oeververbinding bijdragen aan de verstedelijking van een gebied, gezien de grote krapte op de woningmarkt. Om haar kansen te vergroten kwam de poldergemeente daarom recent ineens met een groots plan. Het college stelde de raad voor om de lobby kracht bij te zetten met het aanbod van 200 hectare bouwgrond tussen Krimpen aan de Lek en Krimpen aan den IJssel. Goed voor 7000 tot 10.000 woningen.
De locatie, gemakkelijk bereikbaar via de tweede brug, sluit volgens het college goed aan bij het naastgelegen verstedelijkte Krimpen aan den IJssel. De komst van zo veel woningen zal bovendien het economisch vestigingsklimaat van de Krimpenerwaard versterken.
Het college had hierbij haast: 21 november vindt het Bestuurlijk Overleg MIRT plaats. Hierbij bespreekt het Rijk met de lagere overheden de noodzaak van extra oeververbindingen. Uit het nu komend overleg volgt een startbeslissing hierover.
Het plan stuitte echter direct op verzet. Niet alleen de voltallige oppositie was tegen, ook stapte raadslid Pannekoek uit de fractie van coalitiepartij Vereniging Gemeente Belang Krimpenerwaard (VGBK). De coalitie met VVD, D66 en ChristenUnie raakte hierop haar krappe meerderheid kwijt. Vervolgens toonde ook D66 (twee zetels) zich tegenstander.
Vanuit Krimpen aan den IJssel klonken eveneens verontwaardigde geluiden. Zo sprak de Krimpense SGP van „een bom in de polder.” Raadslid Oosterwijk noemde het onnavolgbaar dat de buurgemeente zonder het Krimpense college daarin te betrekken, zo’n ingrijpend besluit aan de raad wilde voorleggen.
Tijdens de raadsvergadering van dinsdag ging een nipte meerderheid van Krimpenerwaard desondanks akkoord met het woningbouwvoorstel. Na een kleine wijziging: in plaats van het eerdergenoemde gebied zou het moeten gaan om zoeklocaties verspreid binnen de gehele gemeente, met een totaal van maximaal 200 hectare. Behalve coalitiepartijen ChristenUnie, VVD en VGBK stemde Lokaal op 1 voor. De partij (drie zetels) vulde het gat van D66 en (inmiddels) eenmansfractie Pannekoek op.
De ChristenUnie (drie zetels) toonde zich donderdag tevreden. Fractieleider Van Dorp: „Het eerste voorstel ging ook ons te ver. Het huidige plan geeft ruimte om na 2030 te blijven bouwen; zo kunnen de kernen leefbaar blijven. En zonder wisselgeld lijkt de lobby om een tweede oeververbinding weinig zinvol.”
Oppositiepartij SGP (vier zetels) reageert teleurgesteld. „De noodzaak van een extra brug wil de SGP wel verder onderzocht hebben, maar het bod om in ruil daarvoor zo veel poldergrond te verstenen is ondoordacht”, stelt fractieleider Van der Ham. „Ik ga er ook van uit dat de provincie niet mee zal gaan in deze plannen.”