Met deze uitspraak verwerpt de hoogste bestuursrechtbank de bezwaren die de gemeentebesturen van Werkendam, Waalwijk, Heusden, Aalburg, Zaltbommel, het provinciebestuur, de Vereniging Bergsche Maasveren, de ANWB en een aantal verenigde inwoners indienden tegen het heffen van tol op het pontenverkeer over de Bergsche Maas.

Voor fietsers, voetgangers en landbouwverkeer blijft het vervoer gratis. De heffing geldt alleen voor auto’s en vrachtverkeer. De landsadvocaat heeft eerder meegedeeld dat de tolheffing op de drie veren wordt ingevoerd zodra de Raad van State het licht op groen gezet.

De Raad van State verwerpt het betoog van de tegenstanders dat in wetten van 1883 en 1885 een eeuwigdurend recht op het gratis gebruik van de veren is vastgelegd. Er is destijds, aldus de Raad van State, wel gerept over gratis veren, maar dat is onvoldoende om een altijddurend recht te vestigen voor alle verkeer dat het water over wil. Er is dan ook „geen rechtens afdwingbare aanspraak op vrij veer”, aldus de hoogste bestuursrechtbank. Evenmin is ooit de verwachting gewekt dat geen tarieven zullen worden ingevoerd voor het vervoer per veerpont.

De tolheffing gaat komend najaar in. De gemeenten vermoeden dat de Rijksoverheid betaald veervervoer wil invoeren om een lagere tegemoetkoming te bedingen als straks de veren worden overgedragen aan de gemeentebesturen. De Raad van State is echter overtuigd dat het Rijk er het primair om te doen is de exploitatiekosten van de veren omlaag te brengen door het invoeren van tarieven. De tegemoetkoming die de rijksoverheid in de toekomst moet gaan betalen bij overdracht van de veren aan de gemeente staat niet in verband met de in te voeren tolheffing, aldus de Raad van State. Met deze uitspraak is de kwestie over betaalde veren definitief afgedaan.